Ook huurders in studentencomplexen krijgen een lagere energierekening dankzij steun van de overheid. De vraag is alleen hoe snel het geld bij deze studenten terechtkomt.

Nu de energieprijzen flink zijn gestegen, probeert het kabinet de klap voor burgers te verzachten met een ‘prijsplafond’: een maximumprijs voor de energie tot een bepaald verbruik per energieaansluiting. Eerder kregen huishoudens 380 euro korting op hun rekening voor de maanden november en december.

Maar in sommige gebouwen delen de huurders met z’n allen één aansluiting. Ze hebben bijvoorbeeld ‘blokverwarming’ of ze vallen samen onder hetzelfde energiecontract, dat de verhuurder heeft afgesloten. Ze verbruiken dan te veel energie om baat te hebben bij een prijsplafond en grijpen ook naast die 380 euro korting.

Voor die situatie wil de overheid ook iets verzinnen. Minister Rob Jetten (Klimaat en Energie) schetste eind vorig jaar de hoofdlijnen van een speciale regeling. De verhuurders kunnen straks voor hun bewoners een subsidie aanvragen bij de belastingdienst.

Op koers

Iedereen werkt hard om dit voor elkaar te krijgen, zegt Jos Bakker, beleidsmedewerker bij de koepel van studentenhuisvesters (Kences). Er kan altijd iets tussen komen, maar volgens hem ligt het ministerie op koers om de regeling half februari openbaar te maken, zoals minister Jetten al had aangekondigd.

Huurders met een eigen voordeur zullen alsnog die 380 euro korting krijgen, en huurders van ‘onzelfstandige eenheden’ krijgen een deel van dat bedrag. De vraag is nu vooral hoe hoog de subsidie per bewoner wordt, als tegenhanger van het prijsplafond waar anderen van profiteren. Dat hangt onder meer van de energieprijs en het gemiddelde energieverbruik af.

De verhuurders krijgen het geld in twee rondes. Dat geeft enige onzekerheid, zegt Bakker, want volgens de wet mogen ze maar één keer per jaar hun servicekosten aanpassen en de energieprijs voor de tweede ronde is nog niet bekend.

Hoe snel?

Het liefst willen verhuurders dat studenten maandelijks precies het goede bedrag aan servicekosten betalen, legt hij uit, zodat ze bij de eindafrekening geen grote bedragen terugkrijgen. ‘Anders komt het geld pas na een jaar bij hen terecht.’ Als ze de servicekosten daarentegen te laag inschatten, komt er een naheffing.

De details volgen dus nog. Maar Bakker heeft er vertrouwen in en verwacht geen problemen. ‘We zetten ons heel hard in voor onze huurders, om te zorgen dat ze een compensatie krijgen die recht doet aan hun situatie.’