Nog veel onduidelijkheid over stimuleringsbeurzen, vrees voor toename van tijdelijke contracten

18 apr 2023

Met 300 miljoen per jaar wil onderwijsminister Robbert Dijkgraaf de werkdruk op universiteiten verlagen. Exacte verdelingsregels moeten echter nog worden vastgesteld, en onderzoekers vrezen dat het geld leidt tot meer tijdelijke contracten. De Radboud Universiteit kiest voor een pragmatische verdeling van het geld.

Het plan van onderwijsminister Dijkgraaf klonk zo mooi. Geef onderzoekers aan het begin van hun carrière een pot geld, om zo hun onderzoek goed op de rit te brengen. Het is een van de manieren waarop de minister de werkdruk van wetenschappers wil verlichten. 300 miljoen euro per jaar trekt hij er voortaan voor uit, kondigde Dijkgraaf vorig jaar aan. Toch klinken er kritische geluiden. Wat is er aan de hand?

De starters- en stimuleringsbeurzen zijn een nieuwe vorm van onderzoeksfinanciering die wetenschappers meer lucht moet geven. Alle beginnende universitair docenten (UD’s) moeten voortaan een zogeheten startersbeurs van 300.000 euro krijgen, op het moment dat ze een vast contract hebben. Hier is 156 miljoen euro voor gereserveerd. De rest van het potje mogen universiteiten verdelen over de overige wetenschappelijke staf, in de vorm van zogeheten stimuleringsbeurzen.

 22,5 miljoen euro

De Radboud Universiteit krijgt momenteel 22,5 miljoen euro per jaar aan starters- en stimuleringsbeurzen. Probleem is echter dat het ministerie geen duidelijke regels heeft meegegeven voor de verdeling van het geld. Moeten die bijvoorbeeld naar individuele onderzoekers, of naar teams? En hoe voorkom je dat deze weer een nieuwe vorm van competitie creëren, tussen wetenschappers binnen dezelfde afdeling? Bovendien is al duidelijk dat 156 miljoen euro te weinig is om alle nieuwe UD’s 300.000 euro te kunnen geven.

‘Het is fijn dat er extra geld is, maar het is niet handig dat dit al beschikbaar gemaakt is voordat de regels helemaal duidelijk zijn’, zegt Carlo Ierna, filosofie-onderzoeker bij de Radboud Universiteit en universitair docent (UD) aan de Universiteit van Amsterdam (UvA). Ierna schreef eerder een kritisch opiniestuk over de beurzen op ScienceGuide.

Creatieve oplossingen

Ook de Radboud Universiteit loopt aan tegen de onduidelijkheid over de bestedingsregels, laat een woordvoerder weten. ‘Gevolg is dat universiteiten nu enige beleidsruimte nemen bij het invoeren van het beurzenstelsel.’ In Nijmegen betekent dit concreet dat de 22,5 miljoen aan beurzen worden verdeeld over de faculteiten naar rato van het aantal ingeschreven studenten. Bestedingsplannen hiervoor dienen aan te sluiten bij lopende onderzoeksonderwerpen. De woordvoerder: ‘Deze beurs mag dus niet leiden tot een nieuwe onderzoekslijn.’ Ook moeten UD’s uitleggen op welke manier de beurs bijdraagt aan de verlaging van de werkdruk.

Voor het probleem dat er te weinig beurzen zijn voor alle nieuwe Nijmeegse UD’s zijn creatieve oplossingen bedacht. Zo krijgen sommige universitair docenten hun startersbeurs pas een tijdje later. En mocht dit onvoldoende zijn, dan wordt in overleg bekeken of UD’s één onderzoeksproject kunnen delen.

Het zou veel zinniger zijn om tijdelijke docenten volwaardige UD’s te laten worden’

Het gebrek aan regels is niet het enige probleem. Zo verwacht filosofie-onderzoeker Ierna, die ook actief is bij actiegroep WOinActie, dat de beurzen tot meer tijdelijke docenten zullen leiden. ‘Denk maar even mee’, licht hij toe. ‘Een UD die geld krijgt om meer onderzoek te doen, zal logischerwijs minder onderwijs kunnen geven. Daar zullen tijdelijke docenten voor aangesteld worden.’

Zij zijn de echte starters, benadrukt Ierna, maar krijgen met dit financieringsinstrument juist geen geld. ‘Het zou veel zinniger zijn om dit geld te gebruiken om hun een vaste baan te geven én onderzoekstijd. Zo worden ze volwaardige UD’s.’

Adviesrapport

Hoe nu verder? Een commissie onder leiding van de Utrechtse hoogleraar Bert Weckhuysen buigt zich momenteel over alle uitvoeringsproblemen. Ze krijgt hierbij onder meer input van WOinActie. De commissie had de minister eind vorige maand een adviesrapport beloofd, maar stelt dit nu uit tot eind juni. Ze wil eerst onder meer de resultaten evalueren van een recente consultatiebijeenkomst in Utrecht voor wetenschappers.

Leuk dat je Vox leest! Wil je op de hoogte blijven van al het universiteitsnieuws?

Bedankt voor het toevoegen van de vox-app!

Geef een reactie

Vox Magazine

Het onafhankelijke magazine van de Radboud Universiteit

lees de laatste Vox online!

Vox Update

Een directe, dagelijkse of wekelijkse update met onze artikelen in je mailbox!

Wekelijks
Nederlands
Verzonden!