Ook in Nijmegen is seksuele intimidatie een groot probleem
Een op de tien vrouwelijke studenten in Nederland is tijdens haar studententijd slachtoffer van verkrachting. Dat bleek vorig jaar uit onderzoek van Amnesty International. Vox deed een enquête naar ervaringen van Radboud-studenten. De uitkomsten zijn niet geruststellend. Seksuele intimidatie, catcalling, foute grappen en zelfs verkrachtingen zijn ook in Nijmegen een groot probleem. Vox licht vier thema's uit.
1. Een grote meerderheid van de daders is man
28 studenten (11 procent) geven in de Vox-enquête aan weleens ongewenste penetratie te hebben meegemaakt. 13 studenten (5 procent) hebben een ervaring met ongewenste orale seks. In meer dan de helft van deze gevallen was er sprake van ‘doorgaan zonder checken’, oftewel: de bedpartner ging door zonder het vragen van consent. In andere gevallen drong de ander aan of bleef die persoon zeuren om seks.
Verantwoording enquête
Tussen 29 juni en 5 september 2022 vulden 254 studenten de vragenlijst van Vox in. Van de respondenten is 35 procent masterstudent, 2 procent premasterstudent en 63 procent bachelorstudent. 12 procent is een internationale student. 30 procent van de respondenten is man, 67 procent vrouw, 2 procent identificeert zich met geen van beide genders en 1 procent geeft aan dat liever niet te zeggen.
Wanneer is er sprake van seksueel grensoverschrijdend gedrag? Kenniscentrum Rutgers spreekt van een positieve seksuele interactie als er sprake is van wederzijdse instemming, vrijwilligheid en gelijkwaardigheid. Als aan een of meer van die voorwaarden niet wordt voldaan, kun je spreken van seksuele grensoverschrijding.
Vox is zich ervan bewust dat er methodologische haken en ogen zitten aan een open enquête. Het aantal respondenten is bijvoorbeeld te klein om onderbouwde uitspraken te doen over álle studenten van de Radboud Universiteit. Wel geven de uitkomsten belangrijke signalen over de omvang van het probleem. De enquête is ontworpen door het Rotterdamse universiteitsblad Erasmus Magazine, in samenwerking met wetenschappers, diversity officers en een vertrouwenspersoon van de Erasmus Universiteit.
In 20 gevallen maakte de pleger van het seksueel grensoverschrijdend gedrag misbruik van het feit dat de ander onder invloed was van drank of drugs. Een grote meerderheid van de daders is man (27 mannen tegenover 4 vrouwen). Bijna de helft van de slachtoffers zegt achteraf problemen te ervaren.
4 op de 5 studenten die penetratie of orale seks zonder instemming hebben meegemaakt, geven aan psychische problemen te ervaren. Bij mannen heeft het ook impact op de studieresultaten, terwijl vrouwen juist seksuele problemen ervaren. Veel studenten zien pas later de ernst in van wat er is gebeurd. Soms komt dit doordat ze er eerst niet over konden of wilden praten, door schaamte of trauma.
Volgens Marijke Naezer, onafhankelijk onderzoeker op het gebied van gender, diversiteit en seksualiteit, liggen de uitkomsten van de enquête van Vox in lijn met eerder onderzoek, zoals dat van Amnesty International, waaruit bleek dat 11 procent van de vrouwelijke studenten een verkrachting meemaakt in het studentenleven. ‘We hebben een groot probleem met consent’, reageert zij. ‘Ik vrees dat een deel van de plegers niet door heeft gehad dat ze over een grens zijn gegaan.’
Dat de meeste plegers mannen zijn, is volgens Naezer een bekend gegeven en hangt samen met gendernormen en ideeën over mannelijkheid. ‘De man als jager. Als een vrouw nee zegt, moet je aandringen. Dat soort dingen.’ De resultaten van de enquête zijn een gevolg van zo’n cultuur, stelt Naezer.
Tegelijkertijd maakt ze een voorbehoud: waarschijnlijk zien we een hoop mannelijke slachtoffers over het hoofd. ‘Als een man gevraagd wordt of hij te maken heeft gehad met grensoverschrijdend gedrag, zal hij eerder geneigd zijn te ontkennen. Het stereotype van de man is immers dat hij altijd zin heeft in seks, en zo niet, dat hij zich kan verdedigen. Mocht er iets naars met hem gebeuren, dan roepen we al snel dat hij zich niet zo moet aanstellen.’
2. Victim blaming hoort bij onze cultuur
Iets meer dan de helft van de respondenten van de enquête geeft aan weleens ongewenst aangeraakt te zijn. Onder vrouwen ligt dit percentage op 61. Heel vaak gebeurt het tijdens het uitgaan. ‘Vrijwel elke keer als ik uitga, word ik aangerand’, zegt een studente van de medische faculteit. ‘Het is misschien raar om te zeggen, maar ik zie dit niet meer als gek’, meldt een studente van de managementfaculteit.
Volgens Naezer kunnen cafés hier veel scherper op zijn. ‘Barpersoneel en uitsmijters moeten ingrijpen als ze iets zien of horen. Dat gebeurt nog lang niet altijd.’ Ook prettig: als de wc’s niet weggestopt zijn in een donkere kelder, maar zich bevinden in een goed verlichte ruimte, liefst met toezicht.
Nog zoiets waar vrouwen inmiddels rekening mee houden als ze ’s avonds over straat gaan: catcalling, oftewel straatintimidatie. Dat kunnen seksuele opmerkingen zijn, maar ook bijvoorbeeld sissen of staren. 118 respondenten hebben zoiets weleens meegemaakt. Het gevolg: mensen voelen zich niet meer veilig op straat. ‘Ook treinen vind ik soms best eng’, zegt een vrouwelijke student van de Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen.
Studenten lijken er al rekening mee te houden dat ze ten prooi kunnen vallen aan intimidatie of zelfs aanranding. Dat is een bekend verschijnsel, weet ook Naezer. ‘Met name vrouwen en andere genderminderheden anticiperen hier op talloze manieren op. Ze lopen met een sleutelbos in hun hand, zodat ze daarmee kunnen slaan. Of doen alsof ze met iemand aan het bellen zijn. Ze trekken hun capuchon over hun lange haren, nemen geen drankjes van onbekenden aan, drinken minder alcohol.’
‘Slachtoffers die er wel een punt van maken, worden lang niet altijd geloofd’
Vrouwen zitten in een spagaat: het is de norm dat ze sexy gekleed gaan, maar wie een kort rokje aantrekt, weet dat het als excuus gebruikt kan worden voor ongewenste aanrakingen. ‘Dus zelfs als het geweld níét plaatsvindt, heeft seksueel grensoverschrijdend gedrag impact op de levens van vrouwen en andere genderminderheden’, stelt Naezer. ‘Omdat je niet kunt zijn wie je wil. Je moet altijd rekening houden met what if.’
Het wrange is: als het dan toch fout gaat, is het volgens Naezer onderdeel van onze cultuur om het slachtoffer impliciet dan wel expliciet de schuld te geven: victim blaming. ‘Dan vragen we: wat had je aan, hoeveel had je gedronken, had je dat nou wel moeten doen?’ Slachtoffers die er wel een punt van maken, worden bovendien lang niet altijd geloofd. ‘Het is heel lastig om te bewijzen dat zoiets gebeurd is. Vaak is het het ene woord tegen het andere, waar je dus niets mee opschiet.’
3. De verantwoordelijkheid van de universiteit
Hoewel de meeste incidenten rond seksueel grensoverschrijdend gedrag niet op de campus plaatsvinden – veel vaker gebeurt dat thuis of in het uitgaansleven – vinden veel studenten dat de universiteit wel een verantwoordelijkheid heeft op het vlak van sociale veiligheid. Een meerderheid (59 procent) van de 254 respondenten verwacht dat de universiteit bewustzijn creëert over gezond en wenselijk gedrag in relatie tot seks. 39 procent verwacht dat de universiteit consent-trainingen aanbiedt (33 procent is neutraal, 27 procent verwacht dat niet).
Studenten die te maken hebben gehad met grensoverschrijdend gedrag, kunnen daarover in gesprek gaan met een vertrouwenspersoon van de universiteit. Het maakt niet uit of het incident op de campus plaatsvond of niet. De vertrouwenspersoon biedt een luisterend oor en adviseert over eventuele vervolgstappen.
Toch zetten weinig studenten die stap. ‘Mijn situatie heeft niet veel met de universiteit te maken volgens mij, aangezien het daar niet is voorgevallen’, laat een student weten. ‘Ik heb het gevoel dat ik het, als ik het meld, eerder in de vorm van aangifte moet doen’, zegt een ander.
Naezer snapt dat wel, maar toch ligt er een belangrijke taak bij universiteiten, vindt ze. ‘Ten eerste moet er goede ondersteuning zijn voor slachtoffers die zich melden. Maar de universiteit moet ook trainingen en voorlichting geven. We doen nu net of de seksuele vorming van jongeren stopt als ze van de middelbare school komen. Dat is natuurlijk niet zo. We moeten het met studenten over seks hebben.’
Een vrijwillig workshopje hier of daar is niet genoeg. ‘Maak consent-trainingen onderdeel van het curriculum. Maak het verplicht. Anders komen alleen de mensen die zich al goed gedragen.’ Ook belangrijk volgens Naezer: active bystander-trainingen. ‘Veel mensen zijn weleens getuige van grensoverschrijdend gedrag, maar herkennen het gedrag niet als grensoverschrijdend. Of ze voelen zich niet verantwoordelijk of weten niet hoe ze erop moeten reageren. Daar moet je mensen bij helpen.’
‘Soms ben je dronken en dan ben ik bang dat ik het misschien niet door heb gehad als iemand niet echt wilde’
Volgens Naezer heeft het niet zoveel zin om in juridische termen te praten over hoever de verantwoordelijkheid van universiteiten zich uitstrekt op dit vlak. ‘Ik wil veel liever dat universiteiten hier een visie in tonen. Je wil toch dat studenten veilig kunnen studeren? Met een seksueel trauma lukt dat niet, hoor. En universiteiten leiden toekomstige professionals op; we willen toch dat dit mensen zijn die hun verantwoordelijkheid nemen?’
Ten slotte moeten universiteiten adequaat reageren als een casus met grensoverschrijdend gedrag aan de oppervlakte komt. ‘Ik ben niet onder de indruk van de doortastendheid van universiteiten in dit soort zaken. Als slachtoffers zien dat mensen op hoge posities de hand boven het hoofd wordt gehouden, denken ze wel drie keer na voordat ze melding maken van grensoverschrijdend gedrag.’
4. Het gevaar van alcohol
We moeten het hebben over… daders. ‘De manier waarop we praten over seksueel geweld heeft een sterk effect op hoe we erover denken’, zegt Naezer. ‘Perspectieven zijn daarin heel belangrijk. Als we het alleen over slachtoffers hebben, blijven daders onzichtbaar en zijn we geneigd om sneller een deel van de schuld bij slachtoffers te leggen.’
In de enquête van Vox is daarom ook gevraagd of deelnemers zelf weleens het gevoel hebben gehad over andermans grenzen te zijn gegaan. 62 studenten bevestigen dit. En nee, dit zijn niet alleen mannen. Ook 25 vrouwen steken de hand in eigen boezem. ‘Soms ben je dronken en dan ben ik bang dat ik het misschien niet door heb gehad als iemand niet echt wilde’, zegt een studente van de medische faculteit.
Er zijn meer studenten die twijfelen aan de manier waarop ze gehandeld hebben toen ze onder invloed van alcohol waren. Een student van de bètafaculteit: ‘Ik was zelf heel dronken en wist niet meer wat er gebeurd was, en hoorde later dat ik een beetje aandringerig (sic) was.’ Te veel gedronken hebben en het niet expliciet vragen om consent, lijken de belangrijkste redenen voor studenten om te denken dat ze over de grenzen van een ander zijn gegaan.
23 respondenten gaven aan dat ze tijdens de seks doorgingen of verdergingen zonder te checken of de ander daar oké mee was. Volgens Naezer is het winst dat meer mensen het durven om zich kwetsbaar op te stellen, in de spiegel te kijken en toe te geven dat ze te ver zijn gegaan. ‘Je hoeft echt niet meteen afgemaakt te worden als je dat toegeeft. Dat vind ik juist stoer. Alleen op deze manier kunnen we het er met elkaar over hebben en breng je verandering teweeg.’
Nieuwe Vox
Dit verhaal staat in de nieuwe Vox, die in het teken staat van seksueel grensoverschrijdend gedrag. Sinds deze week vind je het nummer in de bakken op de campus. Of lees ‘m hier online.
N. van ’t O schreef op 15 december 2022 om 16:54
Vertel ook eens dat vrouwelijke studenten met docenten naar bed gaan voor een beter cijfer. Het gebeurde echt niet onder dwang.
Dit was in mijn tijd op de Akademie voor Beeldende Vorming in Amersfoort.
Robin schreef op 16 december 2022 om 11:29
Kwalijk als dat invloed op cijfers en onderlinge verhoudingen had destijds. Maar volgens mij niet het thema van dit artikel…
Laurena schreef op 16 december 2022 om 14:38
zo’n een commentaar is ook victim blaming. ‘:-/