Op het Maidan is de revolutie nog dichtbij
Twee jaar na de revolutie in Oekraïne zijn de sporen nog duidelijk zichtbaar. Student politicologie Auke Roos reisde naar Kiev om met eigen ogen te zien hoe daar tegen Europa aan wordt gekeken. ‘Wie ben ik om te zeggen dat zij er niet bij mogen?’
De tocht van vliegveld naar binnenstad doet meteen denken aan de Sovjet-tijd. Grauwe flats doemen op en lijken zich eindeloos te herhalen als een betonnen jungle. Ik vraag me af waar de mensen leven – ik begrijp dat men in de flats woont, maar waar leeft men? Die avond stelt mijn contactpersoon Arseniy (25) voor om wat te gaan drinken. Op zijn aandringen gaan we met een taxi naar een bar in één van de grijze buitenwijken. Het is vrijdagavond en de bar stroomt vol met studenten. Een liveband speelt AC/DC, al lijkt de zangeres niet echt Engels te spreken. De zinnen stromen als gemurmel uit haar keel.
Ik ga naar buiten om wat jongeren aan te spreken. Zodra ik vertel dat ik uit Nederland kom, ben ik het middelpunt van de interesse. Een soort jaloerse blik wordt door het groepje op mij geworpen. Wat ik in hemelsnaam in Kiev doe, vragen ze zich af. Ik vertel over mijn reis en over het feit dat ik meer te weten wil komen over de mening van Oekraïners over Europa. Opgewonden vertellen de studenten dat ze heel blij zijn met de Europese Unie en uitkijken naar een lidmaatschap, zodat zij ook in Nederland kunnen werken.
Tijd
Na een tijdje merk ik dat er een jongen in een hoekje staat mee te kijken met dit opgewonden gesprek. Hij draagt een zeemansmutsje en heeft een rauwe uitstraling. Verband zit om twee van zijn vingers en zijn broek is wat slonzig. Ik stap op hem af en hij stelt zich voor als Michael (23). Ik betwijfel of het zijn echte naam is, maar besluit er geen groot punt van te maken. Ik vraag Michael naar zijn mening over de opstand van twee jaar geleden en hoe hij aankijkt tegen het associatieverdrag met de EU.
Michael blijkt een andere mening toegedaan dan de meeste studenten. Ietwat schuchter vertelt hij dat Oekraïne zich in de toekomst zeker op Europa moet richten. Maar hij is geen fan van het verdrag. ‘Het heeft tijd nodig, wij hebben tijd nodig, Oekraïne heeft tijd nodig.’ Hij stelt voor dat Oekraïne zich eerst op het niveau van Nederland, Frankrijk, Duitsland en de rest van de EU werkt voordat het lid wordt. Michael lijkt een uitzondering, want de rest van de avond spreek ik alleen maar studenten die ongelooflijk enthousiast zijn over Europa.
De avond vordert en de gesprekken worden vervangen door gedans. Tegen half drie val ik uitgeput op mijn bed in het appartement. Mijn gedachten nemen de vrije loop. Zouden de jongeren hier weten dat we in Nederland heftig discussiëren over de vraag of we Oekraïne erbij willen hebben?
Maidanplein
Ondanks mijn kater besluit ik de volgende dag het dagelijks leven in Kiev beter te onderzoeken. Op de lokale markt puilt het uit van de communistische en nazistische oorlogsprullaria. Ik kijk mijn ogen uit als de lokale marktman mij trots zijn nazi-spelden en communistische vlaggen laat zien. Na een korte onderhandeling ga ik ervandoor met een pet die ooit van een legerpiloot uit de Sovjet-Unie is geweest.
Ik vervolg mijn tocht richting het Maidanplein, waar de revolutie van twee jaar geleden zich grotendeels afspeelde. Ik herken het grote monument, de brug en de klok. Ook het gebouw dat in februari 2014 als noodhospitaal werd gebruikt, maar werd uitgebrand door de regeringspolitie, staat er nog. Sterker nog, het staat er nog net zo zwartgeblakerd bij als in februari 2014.
Het enige dat veranderd lijkt is de rust op het plein. Demonstranten zijn vervangen door de straatartiest die vliegensvlug je portret tekent. De brandende autobanden zijn vervangen door bloemen en de tenten zijn vervangen door monumentjes voor de slachtoffers van de bloedige opstand.
Ieder slachtoffer van de opstand heeft een eigen monumentje gekregen, omlijst door bakstenen, als symbool voor de opstand. Wat opvalt is de leeftijd van de slachtoffers. De meesten zijn jonge mannen tussen de twintig en dertig jaar. Een enkele protestant was ver in de zeventig. Het feit dat iemand van die leeftijd zich in de vuurlinie van een volksopstand werpt, is toch op zijn minst opmerkelijk.
Bij een van de monumentjes staat een moeder te huilen. Mijn gedachten gaan terug naar Nederland, naar het referendum. Wie ben ik om deze moeder uit te sluiten? Wie ben ik om te zeggen dat Europa haar liever niet wil hebben? / Auke Roos
Meer weten over het referendum en het associatieverdrag met Oekraïne? Kom dan morgen naar het Actualiteitencollege van Radboud Reflects. Hoogleraar Henri de Waele praat je bij tussen 12.45 en 13.30 uur in het Erasmusgebouw.
Bob van Huet schreef op 6 april 2016 om 07:45
Mooi verhaal Auke, goed slot vooral. Ik ga straks weer naar Maidan, kijken hoe ze op uitslag reageren.