Op zoek naar spaghetti met een NASA-beurs
Sterrenkundige Sjoert van Velzen (29) gaat met een beurs van de NASA naar Baltimore op zoek naar zeldzame sterren, zogenaamde spaghettisterren. Zijn begeleider ter plekke is Nobelprijswinnaar (2011) Adam Reiss. ‘Hij is ook benieuwd wat we gaan vinden. En we kunnen zomaar iets nieuws ontdekken.’
Het Space Telescope Science Institute in Baltimore heeft heel wat wetenschappers in huis met expertise over optische telescopen. Een dynamische plek, weet Van Velzen van de ene keer dat hij er op bezoek was, met veel aanloop van interessante buitenlandse gasten. Over een half jaar loopt Van Velzen er zelf ook rond. Met geld van de NASA (een Hubble Fellowship) kan hij er als postdoc drie jaar onderzoek doen.
Spannend vindt hij het wel. ‘Je moet jezelf toch weer bewijzen voor je nieuwe collega’s. En het is ook spannend wat het onderzoek gaat brengen.’ Van Velzen gaat op zoek naar sterren die te dicht bij een zwart gat komen en daardoor uiteen gescheurd worden tot een spaghettisliert, zogenaamde spaghettisterren. Ze zijn zeldzaam. Ze komen in één bepaald melkwegstelsel waarschijnlijk niet vaker voor dan eens in de tienduizend jaar. ‘In feite hebben we nog geen goede manier kunnen vinden om ze op te sporen. Daardoor weten we niet goed hoe vaak ze voorkomen.’
Gaia-satelliet
Het heelal telt meer dan tien miljard melkwegstelsels. Als je die allemaal tegelijk zou bekijken dan kun je zo een miljoen spaghettisterren spotten, verwacht Van Velzen. Dat is ook zijn truc: zoveel mogelijk melkwegstelsels tegelijk bestuderen. In Baltimore gaat hij werken met data van de Gaia-satelliet die een paar miljoen melkwegstelsels tegelijk kan waarnemen. ‘Als we mazzel hebben tien miljoen.’
Gaia meet de hoeveelheid licht in het heelal en stuurt een signaal als een lichtbron – zoals een spaghettister – toeneemt in kracht. Alleen: bij andere lichtflitsen, neem een supernova die ontploft, doet Gaia dat ook. Dat is precies het meest lastige van zijn onderzoek: om tussen al die signalen de spaghettisterren te vinden.
Maar Gaia heeft een belangrijk voordeel vergeleken met telescopen op de grond: er zit geen atmosfeer tussen telescoop en heelal. ‘Het beeld van de satelliet is daardoor heel scherp.’ Daarbij ziet Gaia onvoorstelbaar veel. Van Velzen: ‘Dat maakt het ook spannend, we kunnen zomaar iets heel nieuws ontdekken. Dat is het leuke van sterrenkunde. Je hebt vaak onverwachte vondsten, doordat je kijkt op plekken waar anderen nooit hebben gekeken.’
De verhuizing staat in oktober gepland. Het contact met Adam Reiss is gelegd. ‘Ik vond het wel spannend om hem te e-mailen. Het is toch een Nobelprijswinnaar. Maar hij reageerde heel aardig.’ Van Velzen ziet uit naar de samenwerking. ‘Ik verwacht van hem heel goed advies. Hij is ook benieuwd wat Gaia gaat vinden. Hij wil er graag bij zijn, heeft hij gezegd.’ / Martine Zuidweg