1912 studenten brachten tot dusver hun stem uit bij de verkiezingen voor de nieuwe studentenraden en opleidingscommissies. Met 10,4 procent (laatste cijfers vandaag van 8.30 uur) is dat vrijwel evenveel als vorig jaar (10,3 procent). ‘Vooral de eerste dag was de opkomst opvallend hoog’, aldus Pepijn Oomen, adjunct-secretaris van de Medezeggenschap.

Afgelopen vrijdag stemden maar liefst 6,2 procent van de studenten, exact twee keer zoveel als vorig jaar op de eerste stemdag (3,1 procent). Twee keer per dag publiceert Oomen de opkomstcijfers op de speciale verkiezingssite: om 8.30 en 18.00 uur. ‘Studenten zijn daar enorm nieuwsgierig naar’, merkt hij. ‘Vanochtend kreeg ik op twitter meteen de vraag waar de cijfers blijven.’

Kortere stemperiode
Op de site staan ook de percentages van eerdere jaren. Volgens Oomen zijn de deze cijfers echter lastig met elkaar te vergelijken. ‘Vorig jaar zijn we op een andere dag begonnen, niet op een vrijdag. Daar komt bij dat de stemperiode dit jaar een week is ingekort, op verzoek van de studenten.’

Reden voor een week stemtijd in plaats van twee weken is de overgang van schriftelijk per brief stemmen naar digitaal, wat in 2004 gebeurde. Toen waren er twee weken nodig om alle post binnen te krijgen, daar is nu geen sprake meer van. De studenten vonden twee weken campagne voeren bovendien wat veel van het goede.

Studentenportal
Oomen verwacht niet dat de ingekorte stemperiode gevolgen heeft voor de opkomst. ‘Op het moment ligt de opkomst hoger dan vorig jaar. Studenten stellen het stemmen nu niet uit.’ Als de opkomst uiteindelijk hoger uitvalt, is dat volgens Oomen vooral te verklaren door het feit dat bijna alle facultaire studentenraden nu ook verkiezingen hebben en studenten eenvoudiger kunnen stemmen door de link op het studentenportal. /Tefke van Dijk