De Ondernemingsraad verliet gistermiddag de Universitaire Gezamenlijke Vergadering (UGV). Reden: onvrede over de manier waarop de ‘reorganisatie’ (of herinrichting) van de universiteitsbibliotheek werd behandeld.

De Universitaire Studentenraad (USR) en de Ondernemingsraad (OR) staan lijnrecht tegenover elkaar deze laatste Universitaire Gezamenlijke Vergadering van het collegejaar. Op de agenda staat het beleids- en organisatieplan UB. Punt van discussie: de definitie die het college van bestuur (CvB) hanteert. Gaat het om een reorganisatie of een herinrichting? Een bekende discussie die ook oplaaide toen de bezem door het Centrum voor Parlementaire Geschiedenis werd gehaald. Het college sprak toen van een ‘herinrichting’, volgens de OR een eufemisme voor een ‘reorganisatie’. De laatste gaat gepaard met veel meer waarborgen met betrekking tot de ontslagbescherming en de OR dreigde met een gang naar de Ondernemingskamer. Echter, op het laatste moment maakte de raad pas op de plaats.

Ontslagen
De bedoeling is, eufemistisch gezegd, dat de mensen bij de UB anders gaan werken. Sommige medewerkers krijgen nieuwe taken. Daarnaast zullen er functies verdwijnen. Het CvB wil niemand ontslaan, maar gaat uit van een ‘natuurlijk verloop’. Dat wil zeggen dat sommige functies verdampen op het moment dat medewerkers met pensioen gaan. Omdat er geen ontslagen vallen en medewerkers begeleid worden naar een andere functie, is er volgens het college geen sprake van een reorganisatie. De OR ziet dit anders. Die vraagt zich af wat er gebeurt met mensen die hun nieuwe taken niet kunnen vervullen. Worden die dan alsnog ontslagen? Als de OR het nu voor elkaar krijgt dat het CvB de organisatieverandering wél beschouwt als een reorganisatie, leidt dit tot betere ontslagbescherming van de medewerkers.

Om de OR tegemoet te komen, stelt het CvB voor in de vergadering alleen de eerste vier punten te bespreken. Dus alleen het inhoudelijke beleidsplan en niet het (re)organisatiegedeelte. De USR stemt in, maar de OR gaat niet mee: òf het hele plan bespreken òf helemaal geen bespreking, luidt het standpunt. De OR wil eerst het oordeel van de Onderdeelcommissie afwachten. De Onderdeelcommissie bestaat uit medewerkers van dezelfde afdeling, in dit geval de UB. Die commissie laat donderdag weten of zij de veranderingen binnen de UB als een reorganisatie beschouwt of niet. Zo ja, dan is een gang naar de Ondernemingskamer wederom een mogelijkheid.

Als de stemmingsronde is aangebroken, lopen de gemoederen hoog op in het bestuursgebouw. De USR wil stemmen over het advies over het UB-plan, de OR weigert elke deelname. Er volgt weer een discussie: moet de OR de zaal nu verlaten? Ja, dat moet. Volgens de regels van het vergaderspel worden de stemmen van de niet-stemmende OR-leden meegeteld als ze nog deel uitmaken van de vergadering. Dus staan de leden – behalve twee – op om de zaal te verlaten. De twee overgebleven OR-leden zijn van de UMC-raad. Het pre-advies wordt door de USR en de twee resterende OR-leden unaniem aangenomen.

Het gehele plan staat opnieuw op de agenda bij de volgende UGV in september. Tot die tijd blijven de gevolgen van de reorganisatie c.q. herinrichting van de UB niet te overzien. / Jolene Meijerink