Peter Praat Politiek (29): racisme op het Haagse pluche
Ruim een half jaar geleden mocht Nederland weer naar de stembus voor de Tweede Kamerverkiezingen. Zo ook politiek commentator en universitair docent Peter van der Heiden. Wat valt hem op? In deze serie becommentarieert hij het politieke nieuws.
Lang heb ik gedacht dat ze het never nooit zouden redden, maar het moet wel heel raar lopen wil er niet komende dinsdag een nieuwe ministersploeg op het bordes staan, met een politiek volstrekt onervaren partijloze minister-president en ministers van PVV, NSC, VVD en BBB.
Een extraparlementair programkabinet dat, zoveel werd deze week wel duidelijk uit de opmerkingen van Caroline van der Plas, gewoon aan de leiband van de meerderheid van de Tweede Kamer gaat lopen. Om met mijn eerste hoogleraar Parlementaire geschiedenis te spreken: nihil novum sub sole mio.
Is er dan niets nieuw of anders aan deze ‘bijzondere samenwerking’? Natuurlijk wel. Allereerst bestaat deze voor een deel uit bewindslieden van een partij waarvan de ideologie door grote groepen zo stuitend wordt gevonden, dat de van dezelfde club afkomstige Kamervoorzitter niet eens welkom is op de herdenking van de afschaffing van de slavernij. Reden: hij heeft zich net iets te vaak van zijn onversneden racistische kant laten zien. Daarmee heeft een Kamermeerderheid – niet toevallig vooral bestaand uit de formerende partijen – met een pennenstreek het aanzien van het parlement het laatste zetje richting afvalemmer gegeven.
‘Daarmee heeft een Kamermeerderheid met een pennenstreek het aanzien van het parlement het laatste zetje richting afvalemmer gegeven’
Ten tweede hadden we hoorzittingen die een onnodige en stuitende aanvulling op het formatieproces bleken te zijn. Wat die ons vooral leerden, is dat je prima met racisme weg kunt komen op het Haagse pluche, als je het maar geen omvolking meer noemt. Een ‘zorgwekkende demografische ontwikkeling’, ‘een feit’, ‘zichtbaar in elke stad’, heet het nu in de woorden van minister van Asiel Marjolein Faber (die straks, o ironie, met de hoed in de hand bij gemeenten moet gaan bedelen voor extra opvangplaatsen omdat de Spreidingswet wordt ingetrokken en deze ‘zorgelijke demografische ontwikkeling’ toch gemanaged moet worden).
Alsof het probleem van die omvolkingstheorie alleen maar in de nazi-achtergrond zit en in de veronderstelling dat de ‘linkse elite’ al die niet-Europeanen volgens een heimelijk uitgedacht plan deze kant op lokt. En niet in het feit dat er onderscheid wordt gemaakt tussen mensen waaraan je niet (wit) en waaraan je wél (van kleur) kunt zien dat ze hier iets recenter naartoe zijn gekomen en dus minder of niet welkom zijn.
In koor riepen onze nieuwe leiders dat ze minister van alle Nederlanders willen zijn. Alle Nederlanders minus één dan hooguit, want dat aanbod sla ik voor mij persoonlijk al bij voorbaat vriendelijk doch beslist af.
Pieter schreef op 1 juli 2024 om 11:16
Dus als je je zorgen maakt over de demografische ontwikkeling die in de landen om ons heen nog erger is dan hier en je maakt je zorgen over het feit dat inmiddels meer dan de helft van de jongeren in de drie grote steden van niet-westerse komaf is en de gevolgen die dat heeft, dan ben je een racist?
Koen schreef op 1 juli 2024 om 12:15
Het is racistisch om de term ‘demografische ontwikkeling’ als verhullende term voor ‘omvolking’ te gebruiken en daarmee probeert goed te praten dat je je inzet voor het genetisch ‘puur’ houden van een illusoir droombeeld van hoe je eigen bevolking eruit zou moeten zien. Dat immigratie leidt tot druk op de samenleving is prima te bespreken zonder dat in termen van afstamming en genetica te gieten.
Pieter schreef op 1 juli 2024 om 13:08
Op deze manier is het niets anders dan een woordenspelletje. De term demografische ontwikkeling is zo neutraal als het maar kan. Als mevrouw Faber het had gehad over druk op de samenleving als gevolg van immigratie was het waarschijnlijk ook niet goed geweest. Als je iedereen die deze problemen durft te benoemen en er iets aan wil doen wegzet als racist zoals links al vele jaren doet, komen we nooit ergens en gaan we uiteindelijk dezelfde kant op als Frankrijk, waar extreemrechts afstreeft op misschien wel een absolute meerderheid.