Opinie

‘Radboudbeleid vooral groen achter de oren: biodiversiteit geef je geen impuls met een paar bomen’

28 mrt 2025

INGEZONDEN – Het pas aangelegde Radboudbos, waar de universiteit zo trots op is, doet weinig voor de biodiversiteit in het gebied, dat stelt ecoloog Constant Swinkels. En hoewel goedbedoeld, komen veel initiatieven van de Radboud Universiteit vooral ongeïnformeerd over op hem. ‘Gechargeerd gezegd begint het erop te lijken dat de universiteit biodiversiteitsbeleid voert dat vooral voor de bühne is.’

Vol bravoure kopte de Radboud Universiteit deze week een nieuwsbericht met ‘Radboudbos geeft impuls aan biodiversiteit Nijmegen’. Het is geweldig om te zien dat de universiteit handen en voeten wil geven aan haar biodiversiteitsdoelstellingen. Daarnaast zijn bossen prachtige ecosystemen. In mijn hoofd komen geromantiseerde beelden op van verscholen vogels die zingen in de boomkruin, het geroffel van spechten en bosmuizen die zich stilletjes over de bosbodem bewegen.

Ik zou dan ook niets liever doen dan een lofzang starten over dit initiatief. Maar op de vraag of dit bosje echt een impuls gaat geven aan de Nijmeegse biodiversiteit kan ik een kort antwoord geven: nee.

Ook eerdere projecten, zoals het planten van bomen op de Biesterhof en de aanplant van een tiny forest (het Toekomstbos) op de campus, kenmerken zich door wensdenken zonder ecologische realiteit. Net zoals het Radboudbos durf ik van deze projecten te beweren dat ze niet de bijdrage leveren die we als universiteit beogen en – belangrijker nog – naar buiten toe communiceren. Dit is op zijn minst onhandig, en enigszins gechargeerd begint het er op te lijken dat de universiteit biodiversiteitsbeleid voert dat vooral voor de bühne is. Als bezorgde en betrokken ecoloog denk ik dat we het beter kunnen doen.

Obsessie met bomen

Onze obsessie met bomen, die ik maar even ‘dendromanie’ doop, komt niet uit het niets. Al decennia communiceren we dat aanplant van bomen dé manier is om onze wereld te redden. Een idee dat aanslaat. 119 miljoen mensen bekeken de video van beroemde youtuber Mr. Beast, die met hulp van andere youtubers twintig miljoen bomen plant. Overal duiken verhalen op over de mirakels die de aanplant van bomen verricht in woestijnen of over tropische bossen die weer tot leven komen door bosaanplant.

Collegevoorzitter Alexandra van Huffelen plant een boom bij de aanleg van het Radboudbos. Foto: Dick van Aalst

Ook Nederlandse voorbeelden zijn er genoeg. Wekelijks staat mijn tijdlijn vol berichten over voedselbossen, tiny forests en andere wonderlijke feitjes over het aanplanten van bomen. De kap van bomen is al helemaal uit den bozen en leidt geregeld tot protesten. Aan de Radboud Universiteit zijn we zelfs zó dol op bomen dat je er al mee kunt daten.

Het lastige is dat in deze wirwar van verhalen de daadwerkelijke waarde van bosaanplant naar de achtergrond verdwijnt. Allereerst lijkt de claim dat bossen een belangrijke bijdrage kunnen leveren aan het mitigeren van klimaatverandering overtrokken. In Europa zou het zelfs zo kunnen zijn dat bossen netto helemaal niet zorgen voor een verkoeling van het klimaat.

‘Door het aanplanten van bomen voegen we weinig toe aan de landschapsdiversiteit’

Maar ook op het vlak van biodiversiteit ligt het verhaal een stuk genuanceerder. Natuurlijk klopt het dat bossen waardevolle ecosystemen zijn met hun eigen typische soorten. En inderdaad creëren sommige projecten, zoals de aanplant van voedselbossen op voormalige landbouwgrond, oases voor vogels en insecten. Maar de waarde van bossen is van meerdere factoren afhankelijk, en vaker dan wel doet de aanplant van bomen weinig voor biodiversiteit, zoals in onze Nijmeegse voorbeelden.

Biodiversiteit in context

Drie sleutelfactoren zijn welke bomen je plant, wat je daarmee toevoegt aan het landschap en waar je de bomen plant. Wat betreft de boomkeuze is het natuurlijk van belang geen exoten te planten (hoewel we wereldwijd zien dat zelfs dat nog wel eens mis gaat…). Dat wil echter niet zeggen dat het altijd goed gaat als je inheemse soorten gebruikt. Inheems duidt er slechts op dat een soort in het land voorkomt, maar niet dat die per se past bij de lokale bodem of aansluit bij de historische begroeiing. Hoewel in het Radboudbos en Toekomstbos wel is nagedacht over de soorten, dit zijn veelal inheemse bomen, is het uiteindelijk een bonte mix van soorten geworden niet niet allemaal aansluiten bij het bodemtype en de omliggende bostypen.

Ten tweede zijn het de omliggende bossen zelf die de bosjes betekenisloos maken. Het toekomstbos groeit onder de schaduw van de woudreuzen van park Brakkenstein en het Radboudbos, met zijn 1923 bomen, ligt direct naast het 500 hectare grote Heumensoord. Je hoeft geen expert te zijn om te begrijpen dat ‘onze’ bosjes daarmee niet veel meer zijn dan een mug naast een olifant, waarmee de claim dat het deze bossen zijn die een impuls geven aan de biodiversiteit niet erg reëel is.

‘Het Radboudbos valt in de vervelendste categorie: goed bedoeld, maar slecht uitgevoerd’

Daarnaast voegen we door het aanplanten van bomen weinig toe aan de landschapsdiversiteit. Juist variatie in habitats is belangrijk voor biodiversiteit omdat dan meerdere soorten een geschikt plekje kunnen vinden. Zo kan bijvoorbeeld waardevoller zijn schrale graslanden te ontwikkelen in een omgeving die al veel bossen kent.

In bovenstaande gevallen levert het aanplanten van een bos hooguit niet zoveel op. Maar soms leidt de aanplant van bos ook tot ecologische verarming. Nieuwe bossen vervangen vaak (semi-)natuurlijke graslanden. Deze graslanden zijn cruciaal voor veel insecten, en zelfs vogels die in bomen broeden halen hun voedsel graag in graslanden. Sterker nog, in tegenstelling tot wat er vaak gedacht wordt zijn bossen vergeleken met sommige graslanden helemaal niet soortenrijk. Europese graslanden behoren per vierkante meter tot de meest soortenrijke ecosystemen ter wereld.

Het toeval wil dat ik het grasland waar het Radboudbos geplant is, twee jaar lang gemonitord heb voor de vlinderstichting. Er zitten (of misschien nu wel zaten) hier grote populaties graslandvlinders, waaronder het zeldzame geelsprietdikkopje, precies daar waar de nieuwe woestijnen met boomsprieten gecreëerd is. De grassen waar de rupsen van deze vlinder van afhankelijk zijn staan er dus niet meer en waarschijnlijk verdwijnt daarmee de vlinder. Het Radboudbos valt hierom in de vervelendste categorie: goed bedoeld maar slecht uitgevoerd met potentieel negatieve gevolgen voor de soortenrijkdom.

Ambitie

Hiermee komen de biodiversiteitsinitiatieven van de Radboud op mij ongeïnformeerd over, hoeveel goede bedoelingen er ook achter zitten. Het beleid is wel groen, maar vooral achter de oren. Dit is zonde van alle energie die er in gaat zitten en in mijn ogen een universiteit met een schat aan ecologische kennis onwaardig; wij kunnen het veel beter! Al meermaals heb ik mijn wens uitgesproken dat de Radboud integraler gaat kijken hoe zij, het liefst samen met de gemeente, daadwerkelijke impact kan maken voor biodiversiteit.

Ik hoop dat de universiteit zich hier voor in gaat zetten. Maar laten we in ieder geval eerlijk zijn in wat we communiceren; biodiversiteit geef je geen impuls met een paar bomen.

Leuk dat je Vox leest! Wil je op de hoogte blijven van al het universiteitsnieuws?

Bedankt voor het toevoegen van de vox-app!

2 reacties

  1. Gert Flik schreef op 29 maart 2025 om 14:42

    Het is een goed idee om het recente rapport ‘Van juridische fictie naar ecologische realiteit’ Radboudbrede aandacht te geven (?). Dit rapport, een weergave van een spinternieuwe interdisciplinaire bachelor (NWI-BB112; Governance of Nature Conservation) voor biologen/ecologen, juristen en sociologen, legt perfect de complexiteit uit rond vraagstukken met biodiversiteit als centraal aandachtspunt. De studie heeft zich in deze eerste ronde verdiept in het Vennengebied bij Nijmegen, Wijchen en Heumen en haar bedriegde voortbestaan onder alsmaar toenemende toeristische druk. De Radboud Universiteit heeft prachtig multidisciplinair materiaal in huis om een gedegen (er) visie aan de Buehne te bieden en de terechte zorgen van Swinkels enigszins te verzachten en mogelijk weg te nemen.

    Gert Flik, em. HL Dierfysiologie Radboud Universiteit

  2. A.D. schreef op 31 maart 2025 om 10:15

    Nog even los van het uitstekende beredeneerde betoog, wil ik even Swinkels’ prozapareltjes opmerken, vooral in alinea 2 en 3. De ritmische afwisseling van korte en lange zinnen, fraaie woorden als ‘geroffel’ en ‘boomkruin’ en de puike alliteraties – ‘bosmuizen’, ‘bosbodem bewegen’ – maken het een lust om te lezen. Swinkels betoog heeft een duidelijke richting, maar zijn woorden dansen erbij over het scherm als bijtjes die elkaar naar de smakelijkste stampers leiden.

    Na de Hermesdorfprijs moet de ecoloog over een paar jaar voor Jan Wolkers Prijs gaan. Jac Thijsse in de dop.

Geef een reactie

Vox Magazine

Het onafhankelijke magazine van de Radboud Universiteit

lees de laatste Vox online!

Vox Update

Een directe, dagelijkse of wekelijkse update met onze artikelen in je mailbox!

Wekelijks
Nederlands
Verzonden!