Radboudfamilies (3): ‘Het leek mij leuk om naar Amsterdam te gaan, maar dat ging dus echt niet gebeuren’
Er was maar één katholieke universiteit in het land en dus zat er voor de Brabantse broers Van den Hoogen niets anders op dan naar Nijmegen te gaan. Nina, de dochter van Frank, koos net als haar vader voor geneeskunde.
Als de broers in het weekend naar huis wilden, gingen ze liften. Doodnormaal was dat. Je liep naar de liftersplek aan het begin van de Graafseweg, hield je bordje omhoog en zorgde dat je in Bladel kwam.
Nieuwe Vox
Dit verhaal staat in de nieuwe Vox, die deze week in de bakken op de campus ligt. In deze Vox duiken we in de geschiedenis van de 100-jarige universiteit en kijken we naar de toekomst.
‘Wij hadden destijds geen ov-kaart, hè’, zegt Paul, de jongste.
‘Nee, en de bus was verschrikkelijk en te duur’, vult Marc, de oudste, aan.
‘Tweeënhalf uur met het ov’, roept Frank uit. Hij is de middelste.
Marc: ‘Als je een liftend stelletje was, ging het grietje vooraan staan, dan werd je eerder meegenomen.’ De broers lachen.
Ze zijn voor de foto bij elkaar gekomen in het Nijmeegse huis van Frank, die als kno-arts en opleider in het Radboudumc werkt. Onder dit dak groeide ook zijn dochter Nina op (Frank is vader van vier), die net als hij geneeskunde studeerde in Nijmegen en nu eveneens gaat voor de specialisatie kno, maar dan in Maastricht.
‘We geven samen een noodluchtwegcursus’, vertelt ze. ‘Vroeger ging ik met papa mee als chauffeur, nu werk ik volwaardig mee. Net als mijn zusje trouwens, zij studeert geneeskunde in Rotterdam.’ Frank en zijn twee dochters leren medisch specialisten dus in een training hoe ze een noodluchtweg moeten aanbrengen bij een patiënt. Gaan ze op pad met varkensstrotten. Op de bank moeten Paul en Marc grinniken om dat beeld.
Katholieke universiteit
Dat de drie broers in Nijmegen gingen studeren, was niet echt een keuze. Frank: ‘Ik hoor mijn moeder nog zeggen: “Er is maar één katholieke universiteit en die staat in Nijmegen.”‘
Marc: ‘Ja! Het leek mij wel leuk om naar Amsterdam te gaan, maar dat ging dus echt niet gebeuren.’
Marc van den Hoogen (62), studeerde sociale geografie van 1978 tot 1986 en volgde van 2001 tot 2004 een master in management of education. Was docent aardrijkskunde, is nu teamleider vwo bovenbouw. Woont in Twello. | Frank van den Hoogen (59), studeerde geneeskunde van 1982 tot 1990. Promoveerde in Nijmegen en is nu kno-arts/hoofd-halschirurg in het Radboudumc. Woont in Nijmegen. | Paul van den Hoogen (57), studeerde aquatische ecologie van 1991 tot 1995. Werkte als biologieleraar op Sint Maarten, is nu lerarenopleider en instituutsopleider biologie aan de HAN. Woont in Doornenburg. | Nina van den Hoogen (Franks dochter, 27), studeerde geneeskunde van 2013 tot 2020. Is sinds januari 2023 in opleiding tot kno-arts in Maastricht, waar ze ook woont.
De Brabantse broers komen uit een katholiek nest, en er stroomt onderwijsbloed door de aderen: vader en opa waren schooldirecteur, de mannen eindigden zelf ook allemaal in het onderwijs. Tijdens hun studietijd aan drie verschillende faculteiten trokken ze veel samen op. Biljarten, stappen, naar het Wylerbergmeer. Studeren was echt wel anders toen.
Paul: ‘We hadden van die professoren tegen wie je echt opkeek. Iconen.’
Marc: ‘Als ik zie hoe mijn kinderen nu met hun hoogleraren omgaan, dat is echt anders, hoor.’
Frank: ‘In onze tijd was het gewoon zitten en leren. Niks geen interactief onderwijs.’
Nina, zijn dochter: ‘Het grootste verschil is, denk ik, dat wij onze colleges gewoon terug kunnen kijken.’
Marc en Frank woonden tegenover elkaar in een flat op Galgenveld. Om geld te verdienen, begonnen ze eind jaren tachtig samen schildersbedrijf Het Schone Ruitje.
‘Liep als een tierelier’, zegt Frank, alweer lachend.
Marc: ‘We hadden twee tarieven: vijftien gulden per uur voor mensen die we niet kenden en tien gulden als we ze wel kenden, maar …’
‘… dan wilden we wel mee-eten’, aldus Frank.