Rechtenstudent Sophie Nijman is door naar de finale van het Groot Dictee der Nederlandse Taal. Woensdag is op NPO1 te zien of ze er met de hoofdprijs vandoor gaat.

Pen in de hand, papier op tafel en televisie aan. Volgende week woensdag is het zover: het Groot Dictee der Nederlandse Taal op NPO1. In plaats van mee te schrijven voor de televisie, zit rechtenstudent Sophie Nijman (23) ditmaal in de studio. ‘Ik deed al een paar jaar mee aan de voorrondes, maar dit is de eerste keer dat ik door mocht naar de finale’, vertelt Nijman. Ze heeft er zin in, maar verwacht niet met de hoofdprijs naar huis te gaan. ‘De Belgen winnen altijd. Dat zal dit jaar niet anders zijn, maar ik wil wel in de top 5 komen.’

Taalgevoel
‘Dictees vond ik altijd  het leukst op school’, aldus Nijman. Haar studiegenoten weten haar altijd te vinden wanneer een tekst nagekeken moet worden. ‘Ik haal er altijd wel een paar foutjes uit,’ zegt ze lachend. Nijman weet niet waarom ze zo goed is in spelling. ‘Zoveel lees ik niet in mijn vrije tijd. Ik denk dat het vooral een kwestie van taalgevoel is.’

De opnames zijn zaterdag, maar veel voorbereidingstijd heeft ze niet. Volgende week heeft ze een belangrijk tentamen. ‘Het scheelt dat ze in de juridische literatuur veel moeilijke woorden gebruiken. Die woorden lees ik dan nog een keer extra door, om zo toch nog te oefenen.’

Bart Chabot schreef dit jaar de tekst voor het dictee. Maakt ze zich zorgen? ‘Hij gaf al aan dat hij geen woorden gebruikt die niemand kent. Maar dat wil niets zeggen over de moeilijkheidsgraad. Een eigentijdse tekst betekent ook dat er veel Engelse leenwoorden in kunnen zitten of dat je juist gaat twijfelen omdat het zo’n makkelijke tekst lijkt. Door te twijfelen ga je fouten maken.’ / Jolene Meijerink