Nafluiten, naroepen of seksuele grappen maken. Straatintimidatie gebeurt ook in Nijmegen. Om dit probleem onder de aandacht te brengen hebben studenten Roos van den Oever (22) en Judith Holzmann (23) het instagramaccount Catcalls of Nimma opgericht. Ze schrijven waargebeurde straatintimidaties op de stoep en delen online het bijbehorende verhaal.

Straatintimidatie staat sinds de moord op de 33-jarige Engelse Sarah Everard wereldwijd op de agenda. Dat merken Roos van den Oever (22) en Judith Holzmann (23) ook. ‘Wij worden nu veel vaker aangesproken als wij een nieuw bericht maken voor Catcalls of Nimma. Mensen lijken er meer mee bezig te zijn. Vrouwen én mannen’, zegt mede-oprichtster Van den Oever, derdejaars student Bestuurskunde.

‘Via Catcalls of Nimma willen we voorbijgangers aan het denken zetten’

Het Instagramaccount Catcalls of Nimma biedt een anoniem podium voor slachtoffers van straatintimidatie. Het account is gebaseerd op een internationaal initiatief genaamd Chalk Back. Deze beweging laat slachtoffers van straatintimidatie anoniem terugpraten via stoepkrijt. Niet met een weerwoord, maar door de – intimiderende, seksistische of racistische – opmerking op de stoep te schrijven. Vaak op de plek waar het voorval plaatsvond.

‘Geen mannen-haat-account’

‘Via Catcalls of Nimma willen we voorbijgangers aan het denken zetten. Straatintimidatie gebeurt vaak in het donker. Wij brengen het nu aan het licht’, zegt Van den Oever. Samen met Holzmann, masterstudent Genderstudies in Utrecht, stuitte ze op het Amsterdamse Instagramaccount Catcalls of Amsterdam.

‘Toen we dit account zagen wilden we direct een Nijmeegse versie maken’, legt Holzmann uit. ‘Want ook in Nijmegen komt straatintimidatie voor. Deze stad is niet zo lief als ze lijkt.’

Inmiddels bestaat Catcalls of Nimma vijf maanden, heeft het account bijna achthonderd volgers en zijn er twintig verhalen met stoepkrijt opgeschreven. Zo ook op de campus. Hiervoor werkten de studenten samen met de organisatie van de Anti-Racism Awareness Week (22 – 26 maart). Er verschenen racistische uitspraken op straat. ‘Straatintimidatie gebeurt niet alleen bij vrouwen en zijn niet alleen seksistisch van aard. Het kan iedereen overkomen’, zegt Van den Oever.

Holzmann benadrukt dat het niet om een ‘mannen-haat-account’ gaat. ‘Ja, de daders van straatintimidatie zijn voornamelijk mannen. Maar het gebeurt ook andersom. Wij zijn tegen het gedrag. Het geslacht maakt ons niet uit’, zegt Holzmann.

Taboe doorbreken

Met Cat Calls of Nimma willen Van den Oever en Holzmann vooral het taboe rondom straatintimidatie doorbreken. Zij merken dat vriendinnen er nauwelijks over durven te praten. De twee denken dat dit komt doordat veel slachtoffers de schuld bij zichzelf leggen.

‘Ik fietste een keer ’s ochtends door de stad en werd wel drie keer nageroepen. Ik kon hier helemaal niets aan doen en ook niets tegen doen. Vaak zijn de slachtoffers helemaal niet in de positie om iets terug te zeggen’, zegt Holzman.

Dat kan nu wel via Catcalls of Nimma. Hier wordt de dader geconfronteerd met zijn eigen uitspraak en zien de slachtoffers dat ze niet alleen zijn. Van den Oever: ‘Voor de dader is het vaak een simpele opmerking. Toch kunnen slachtoffers er nog weken mee rondlopen. Soms vermijden ze zelfs de plek waar het plaatsvond.’

Dit artikel verscheen vandaag ook in De Gelderlander.