Tine Molendijk wil ‘moreel verwonde’ militairen helpen
Militairen die terugkomen van een missie in oorlogsgebied, krijgen vaak te maken met gevoelens van schuld, woede en boosheid. ‘Morele verwonding’, noemt onderzoeker Tine Molendijk dat. In nieuw onderzoek gaat Molendijk aan de slag met de vraag: hoe kunnen we deze militairen helpen?
‘In 2008 was er een friendly fire-incident in Afghanistan, waarbij twee doden vielen en soldaat Marc van de Kuilen zijn benen verloor. Niet lang geleden heeft de schutter, die niks te verwijten viel en gewoon orders opvolgde, Van de Kuilen ontmoet. Voor de schutter, die jaren rondliep met schuldgevoelens, was het enorm waardevol te horen dat Van de Kuilen hem niks kwalijk nam.
Die schutter was moreel verwond. Iemand die moreel verwond is heeft sterke gevoelens van schuld, schaamte of woede, nadat hij gebeurtenissen heeft meegemaakt die ingingen tegen de eigen normen en waarden. Psychische klachten dus, veroorzaakt door morele schendingen, die het gevolg kunnen zijn van iets dat jou is aangedaan, of dat jij iemand anders hebt aangedaan. Of omdat je iets niet hebt kunnen doen, omdat je daar bijvoorbeeld geen toestemming voor had. In mijn onderzoek staat de term morele verwonding centraal.
‘Wat doe je als militair als een gewond kind aan de poort van het kamp komt? Missies zijn niet bedoeld om zieken of gewonden te helpen’
Een morele verwonding is iets anders dan een posttraumatische stressstoornis, waarover het vaak gaat bij teruggekeerde militairen. PTSS wordt veelal gezien als een medisch probleem dat opgelost moet worden met therapie. Het is vaak het resultaat van een levensbedreigende situatie –gerelateerd aan angst dus. Iemand kan moreel gewond raken zonder zelf in benauwde situaties terecht te komen. Bijvoorbeeld als hij vanuit het kamp zware beslissingen moet nemen voor collega’s die met een operatie bezig zijn.
In dit soort situaties gaat het niet om genezing in medische zin. Wel kan het nodig zijn dat iemand op zoek gaat naar zelfvergiffenis, maar dat is een heel ander proces.
In mijn gesprekken met militairen die in Afghanistan zijn geweest hoorde ik vaak het verhaal dat zieke of gewonde kinderen aan de poort stonden. Missies zijn vaak niet bedoeld om mensen te verzorgen, die gewond zijn geraakt of ziek zijn geworden buiten het conflict om. Dus wat doe je dan? Militairen maken weleens een uitzondering, door de kinderen toch te helpen. Maar dat kan niet altijd. Elke keer is dat weer een moreel dilemma.
Militairen raken tijdens een missie soms zo gefrustreerd, of maken zo veel heftige dingen mee, dat ze onverschillig worden – dat is een manier van zelfbescherming. Die onverschilligheid reageren ze dan af op de lokale bevolking. Maar na thuiskomst komen ze daar niet altijd meer mee in het reine. Zo iemand is zijn eigen morele grenzen overgegaan.
Sneeuwbaleffect
Partners of andere gezinsleden van de teruggekeerde militairen hebben vaak eerder door dat er iets mis is, dan de militair zelf. Onbewust wil iemand die moreel verwond zichzelf nog weleens straffen. Hij gaat veel drinken, vechten of heel hard werken. Een militair vertelde mij ooit dat zijn dochter werd geboren, maar dat hij het gevoel had dat hij geen recht had op dat geluk, omdat hij zelf zo veel kinderen had zien sterven. Je ziet vaak een sneeuwbaleffect: mensen gaan steeds meer dingen doen waar ze spijt van krijgen, waardoor ze in een vicieuze cirkel terechtkomen. In de allerergste gevallen kan dat tot zelfdoding leiden.
Als militairen zich bewust worden van hun morele verwonding, gaan ze op zoek naar manieren om dingen recht te zetten. De veteranen van Dutchbat, die gelegerd waren in Srebrenica, hebben een rechtszaak aangespannen tegen de Nederlandse staat. Wat je ook ziet is dat militairen die zich schuldig voelen terugkeren naar het land waar ze hebben gediend om vrijwilligersactiviteiten op te zetten. Ze voelen zich verantwoordelijk.
Helden of schurken
Het onderzoek waaraan ik nu begin sluit aan op mijn proefschrift – in januari promoveer ik. Daarin heb ik veel gekeken naar de invloed van politieke besluitvorming en publieke opinie op de verwerking van trauma’s van militairen. Die invloed is namelijk heel groot. In de publieke debatten over defensie komen we vaak niet verder dan karikaturen: militairen zijn helden of schurken. We doen geen recht aan de werkelijkheid: militairen zijn net mensen.
Dat kan het trauma van een individuele militair verdiepen. Stel: iemand komt thuis van uitzending met schuldgevoelens. Hij komt terug in een samenleving waarin hij weggezet wordt als schurk. Dat verergert mogelijk zijn schuldgevoelens. Wordt hij weggezet als held, dan voelt hij zich vervreemd. Dan denkt hij: maar ik heb iemand gedood! Ook dat draagt niet bij aan het verwerkingsproces.
‘Ik hoop met mijn onderzoek bij te dragen aan minder lijden van politiepersoneel en militairen’
In mijn nieuwe onderzoek ga ik veel meer kijken naar de organisaties waarin militairen en politiepersoneel werken. We gaan drie verschillende interventies uitwerken die militairen, maar dus ook politieagenten, kunnen helpen bij het verwerken van hun morele verwondingen. Dat doe ik niet alleen, maar samen met de Nederlandse Defensie Academie en de Politieacademie. Ook het Veteraneninstituut en ARQ Nationaal Psychotrauma Centrum zijn betrokken. Je ziet zo vaak dat een onderzoeker allerlei oplossingen bedenkt waar niemand op zit te wachten. Die adviezen belanden in een la. Dat is niet de bedoeling.
Bij een interventie kan je denken aan een verzoeningsontmoeting, zoals die tussen Marc van de Kuilen en zijn schutter. Zulke ontmoetingen gebeuren nu alleen nog maar op eigen initiatief. Er bestaan allerlei variaties op dit soort ontmoetingen. Maar hoe ga je hiermee om? Hoe kan je die in goede banen leiden? Daarover is binnen organisaties nog weinig bekend.
Uiteindelijk hoop ik met mijn onderzoek bij te dragen aan minder lijden van politiepersoneel en militairen. Want als politie en defensie meer bewust zijn van morele dilemma’s en de mogelijke gevolgen daarvan, kunnen ze ook optreden als meer moreel verantwoorde werkgevers. Je kunt nooit helemaal voorkomen dat mensen moreel verwond raken, maar je kunt het aantal situaties waarin mensen mogelijk moreel verwond raken wel verminderen.’
Tine Molendijk (1987) is cultureel antropoloog en werkt als universitair docent aan de Radboud Universiteit en Nederlandse Defensie Academie. Op dinsdag 7 januari promoveert ze in de Aula op de Nijmeegse campus. Voor haar proefschrift sprak ze met tientallen veteranen die hebben gediend in Afghanistan en voormalig Joegoslavië. In juni kende wetenschapsfinancier NWO ruim 1,2 miljoen euro toe aan het onderzoeksvoorstel dat Molendijk schreef in samenwerking met universitair hoofddocent Willemijn Verkoren van de Radboud Universiteit en de maatschappelijke partners Nederlandse Defensie Academie, Veteranen Instituut, Politieacademie en ARQ Nationaal Psychotrauma Centrum.
Maurice Bastin schreef op 30 december 2019 om 17:15
Zeer interessant èn relevant! Met belangstelling gelezen. Nu al benieuwd naar het proefschrift. Succes op 7 januari!
Jo Huntjens schreef op 13 januari 2020 om 12:22
Graag wil ik hier meer over weten.
Gepensioneerd politieman. Regiocoördinator nuldelijners Limburg, coördinator KCT nuldelijnsopvang. Zelf PTSS.
Zeer benieuwd naar proefschrift.
Arno Roos schreef op 13 januari 2020 om 16:35
Heel interessant en hoor hier graag meer van. Veel begint met training, spijtig dat dit door hogere hand, ivm koste besparing, of eigen gelang, niet op de eerste plaats staat.
Zeker ook het niet integer zijn van de organisatie speelt hier een grote rol.
Henk de Pater schreef op 22 februari 2020 om 05:18
Heel herkenbaar, begin maart komt mijn boek over mijn “reis” daarover uit, https://unitednothing.auteursblog.nl/.
P Deykers schreef op 22 mei 2021 om 09:01
En dan heb je nog dienstslachtoffers die voor het leven getekend zijn. Met b.v. een blijvende handicap. De buitenbeentjes van het Veteraneninstituut.