Toen & Nu (6): de aula in 1935
Vroeger had de universiteit geen campus, maar stonden de onderwijsgebouwen verspreid over de stad. In het kader van 95 jaar Radboud Universiteit duikt Vox het beeldarchief in. Wat is er veranderd? Vandaag: de oude aula.
Aan het eind van de Tweede Wereldoorlog lag Nijmegen in puin. Ook de Katholieke Universiteit was hard geraakt. Het enige universiteitsgebouw dat ongeschonden bleef, was de aula aan de Wilhelminasingel. Waar het bouwwerk voor de oorlog op weinig waardering kon rekenen, kreeg het na 1945 een centrale rol binnen de universiteit.
Een buitenkansje
Dat de aula op de Wedren kwam te staan, was geen vooropgezet plan. Pas nadat de Sint Radboudstichting in oktober 1928 het terrein opkocht, ging zij nadenken over de precieze invulling ervan. De Radboudstichting kocht het terrein, omdat ze het zag als een buitenkansje. Als locatie voor een nieuwe bibliotheek was het niet geschikt, omdat dat te duur zou worden. Renovatie van de gebouwen in de Snijder- en Muchterstraat was de goedkopere optie. Voor de bouw van een aula op de Wedren vond de stichting echter wel financiële ruimte. Als architect werd de Haarlemmer M.H.W.J. van Ooijen aangesteld. In 1929 presenteerde hij zijn eerste ontwerp, waarbij hij het gebouw omschreef als ‘een groot woonhuis’.
De bouwcommissie ging niet akkoord, omdat het gebouw volgens haar te veel lag weggestopt in de zuidwesthoek van het terrein. De aula moest het visitekaartje worden van de universiteit. Dat visitekaartje mocht dan wel maar 115.000 gulden kosten, waardoor Van Ooijens vier volgende ontwerpen ook naar de prullenbak werden verwezen. Toch het eerste plan dan maar, waarbij de aula in de noordwestelijke hoek kwam te liggen. De commissie redeneerde dat op het Julianaplein zo ruimte bleef voor een toekomstig monumentaal universiteitsgebouw.
‘Een gepleisterde pisbak’
In juni 1930 verschenen de bouwplannen in de publiciteit. De kritiek was vernietigend. Het R.K. Bouwblad schreef over ‘de ramp van Nijmegen’. Henri Bruning, fascist en criticus van gezapig katholicisme, noemde het ontwerp van Van Ooijen in maandblad Roeping een ‘gepleisterde pisbak’. Hij hoopte op een ‘aardschok, die het gebouw zodra het verrezen is van de aardbodem wegvaagt’. Ook hoogleraren, onder aanvoering van rector magnificus Engelbert Drerup, uitten in het openbaar bedenkingen tegen het ontwerp. Het is dan ook niet gek dat de universiteit de aula in oktober 1931 zonder feestelijkheden in gebruik nam.
In het gebouw was een grote aulazaal, met ruimte voor 350 mensen. Verder was er een receptieruimte, een ontvangsthal, een hooglerarenkamer en drie collegezalen. Beelden en portretten gaven het gebouw een katholiek karakter. Een centrale verwarming ontbrak in de beginjaren, omdat de aula naar verwachting niet vaak gebruikt zou worden. Pas na de Tweede Wereldoorlog werden de gaskachels vervangen.
Hoofdgebouw
Tot aan de Tweede Wereldoorlog werd de aula alleen gebruikt tijdens diesvieringen, promoties en andere plechtigheden. Dat veranderde na de oorlog, toen andere universiteitsgebouwen waren verwoest. Door de acute behoefte aan nieuwe huisvesting kreeg de aula een belangrijke rol. Het ging dienen als hoofdgebouw. De curatoren, de senaat en het beeld van Thomas van Aquino verhuisden naar de Wedren en ook studenten moesten nu naar de aula voor hun colleges. Een kwarteeuw later was het gebouw het middelpunt van een aantal grootschalige studentenprotesten. Uiteindelijk bleef de aula aan de Wilhelminasingel tot aan 1988 een belangrijk universiteitsgebouw. Toen verrees er een nieuwe aula op Heyendaal. Tegenwoordig huist er een middelbare school in het gebouw.
Met dank aan Jan Brabers, universiteitshistoricus. Marjolein van Diejen maakte de foto van ‘nu’. Foto ‘toen’: Regionaal Archief Nijmegen
Bronnen: Rob Wolf, De Trek naar het zuiden: gebouwen van de Katholieke Universiteit Nijmegen 1923-1998 (Nijmegen 1998) en Huis van de Nijmeegse Geschiedenis.
Leo Boersen schreef op 29 april 2018 om 13:21
Op pag. 102 en volgende in De Hoge Raad en de Tweede Wereldoorlog, Recht en rechtsbeoefening in de jaren 1930-1950, Corjo Jansen met medewerking van Derk Venema ( Boom Amsterdam 2011) te lezen dat in deze Aula van 10 mei 1943 tot aan Market Garden de Hoge Raad was gehuisvest. Niet onvermeld laten.