Het volgen van een tweede bachelor of master wordt vanaf komend jaar iets goedkoper. Ook studenten van buiten de EU zijn voordeliger uit. Dat maakte het college van bestuur vandaag bekend.

Het overgrote deel van de Nijmeegse studenten betaalt 1951 euro aan collegegeld. Wie echter een tweede bachelor of master volgt die niet direct volgt op zijn vorige opleiding, of wie van een andere universiteit komt, moet veel dieper in de buidel tasten. De kosten kunnen per opleiding fors oplopen: voor een bachelor aan de managementfaculteit betaal je ruim 7000 euro per jaar, voor een master bij geneeskunde 17.500. Studenten die geboren zijn buiten de EU betalen ook dat tarief.

Die hogere collegegelden heten de instellingscollegegelden: dit zijn de kosten die de Radboud Universiteit rekent voor studenten. Het verschil met de reguliere 1951 euro betalen zit ‘m in de rijksbijdrage die de universiteit krijgt per student. Studenten die een tweede bachelor of master gaan doen, worden niet opnieuw gefinancierd vanuit Den Haag. Die laatste groep moet dan zelf de volledige kosten dragen.

Discussie
Die volledige kosten gaan dus iets omlaag. De Universitaire studentenraad is daarvoor het afgelopen jaar meermaals in discussie gegaan met het college. ‘Dit voelt daarom toch wel als een grote overwinning’, zegt voorzitter Mark Vlek de Coningh. ‘Wij hebben ons hier echt hard voor gemaakt.’

Dat de kosten omlaag gaan, heeft te maken met het feit dat de vaststelling van de instellingsgelden uit 2011 achterhaald is, legt Vlek de Coningh uit. ‘Het instellingscollegegeld is niet anders dan de 1951 euro plus de rijksbijdrage. Maar omdat de afgelopen jaren de rijksbijdrage is verlaagd, zou het instellingscollegegeld óók omlaag moeten. Dat is nu gebeurd.’

De verlaging komt neer op een percentage van tussen 5,5 en 7,7 – verschillend per opleiding. Dat kan een student dus enkele honderden tot meer dan duizend euro aan instellingscollegegeld schelen. / Mathijs Noij