Uniformering cum laudes hoognodig
Meer uniforme regels voor cum laudes en summa cum laudes over de campus. Dit is de inzet van een werkgroep die deze maand van start is gegaan. Die uniformiteit is op dit moment ver te zoeken, blijkt uit de duizenden diploma’s die Vox op een rijtje heeft gezet.
De kans dat je diploma met een cum laude wordt bekroond, is sterk afhankelijk van de opleiding. Dat moet anders, vindt de universitaire medezeggenschap, die aandringt op uniforme regels. Een werkgroep gaat nu uitzoeken hoe die regels moeten luiden, maar dat het nodig is staat buiten kijf, zo blijkt uit het overzicht van alle diploma’s die vanaf 2007 tot en met 2013 zijn uitgereikt.
Het overzicht – in totaal 46.456 propedeuse-, bachelor- en masterdiploma’s – leert dat een student het beste af is bij de faculteit Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen. Daar worden bijna vier op elke tien diploma’s gehonoreerd met een cum laude. Bij de managementfaculteit is dat één op elke 20 diploma’s. Ook bij de summa cum laudes (kort door de bocht: een 9 gemiddeld) zijn er verschillen. De managementfaculteit bekroonde slechts één van de bijna 7.500 uitgereikte diploma’s met die hoogste onderscheiding, bij de bètafaculteit waren dat er 110 op 3.305 diploma’s.
Vorige week heeft de medezeggenschap een eerste stap gezet naar een eerlijker stelsel. Met als uitgangspunt een gewogen gemiddelde van een 8 voor alle examenonderdelen voor een cum laude en een 9 voor een summa cum laude. De honorering ‘bene meritum’ (7,5 gemiddeld) verdwijnt naar de prullenbak. De studentenraad zou wensen dat een bekroning alleen geldt wanneer minder dat 10 procent van de behaalde studiepunten is herkanst. Sommige opleidingen hanteren op dit punt nu geen richtlijnen. Een andere optie – de wens van het college – is om de (summa) cum laude alleen uit te reiken bij maximaal één herkansing. Het streven is ook om aan de kroonjuwelen een tijdslimiet te stellen. Tien jaar over je studie doen – en dan wel allemaal negens scoren – is dan geen reden meer voor een extra pluim.
Er zou minder discussie nodig zijn als de studenten van de Faculteit Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen gewoon veel beter zijn dan de rest. Maar die conclusie trekt niemand, en valt op basis van deze gegevens ook niet te trekken. Maar wie weet is het wél waar. / Paul van den Broek