Universiteit biedt ‘maatwerk’ voor docenten met zorgen over heropening fysiek onderwijs
Na anderhalf jaar online onderwijs gaan de collegedeuren volgende week weer volop open. Sommige docenten zien dat met gemengde gevoelens tegemoet, wegens zorgen over besmettingsgevaar en de werkdruk die de maximale groepsgrootte met zich meebrengt.
Matt Cornell gaat zijn baan opzeggen als docent Literatuurwetenschappen bij de Universiteit van Amsterdam (UvA), maakte hij vorige week bekend via een opiniestuk in universiteitsblad Folia. Hij vindt het onverantwoord dat universiteiten het nieuwe collegejaar de anderhalvemeter loslaten zonder dat er een vaccinatieplicht is voor studenten.
Minister Van Engelshoven (OCW) besloot half augustus dat de afstandsmaatregel niet meer vereist is in het hoger onderwijs, na een lobby van universiteiten en studenten. Zowel de onderwijskwaliteit als het studentenwelzijn hadden flink te lijden onder anderhalf jaar (voornamelijk) afstandsonderwijs.
Aangezien iedereen zich kan laten vaccineren en de besmettingscijfers relatief laag zijn, vond ook de minister fysiek onderwijs weer verantwoord. Wel geldt nog een maximum groepsgrootte van 75 personen, zijn mondmaskers verplicht tijdens het lopen in binnenruimtes, en worden studenten geacht twee keer per week een zelftest te doen.
Ongevaccineerde studenten
Dat er weer fysiek college kan worden gegeven is goed nieuws, vinden universiteiten, en veel studenten en medewerkers. Toch is er ook een groep docenten die zich net als UvA-docent Cornell zorgen maakt over de heropening van het fysieke onderwijs, ook aan de Radboud Universiteit. Zij zijn bezorgd over de besmettingsrisico’s als ze voor een volle collegezaal staan. ‘Is er een schatting voor hoeveel ongevaccineerde studenten wij dadelijk in een klas moeten staan doceren?’, vraagt Vitória Piai zich bijvoorbeeld af, universitair docent bij het Donders Instituut. ‘Ik kijk daar écht niet naar uit eerlijk gezegd.’
Die vaccinatiepercentages zijn bij de universiteit niet bekend, laat universiteitswoordvoerder Martijn Gerritsen weten. Volgens landelijke RIVM-cijfers had op 22 augustus 65 procent van de 18- tot 25-jarigen een eerste prik gehaald, een percentage dat de afgelopen anderhalve maand maar weinig veranderd is. Slechts 52 procent is volledig ingeënt. ‘Misschien komt dat door de vakanties, misschien doordat ze korter de tijd hebben gehad omdat ze later aan de beurt waren’, zei RIVM-modelleur Jacco Wallinga daarover tegen de NOS. Uit onderzoek van Jacqueline Vink, hoogleraar Ontwikkelingspsychopathologie, bleek onlangs dat 88 procent van de Radboudstudenten wel van plan is zich te laten vaccineren. De hoop is dat de aanvullende maatregelen zoals thuistesten voldoende zijn om corona buiten de collegedeuren te houden.
Maatoplossingen
Docenten die desondanks redenen hebben om niet naar de campus te komen, kunnen dat kenbaar maken aan hun leidinggevenden, zegt universiteitswoordvoerder Gerritsen. ‘Waar nodig, zoeken we naar oplossingen op maat.’ Dat kan bijvoorbeeld betekenen dat een docent zijn of haar colleges volledig online geeft, ook bij groepen kleiner dan 75, of dat een collega het vak overneemt.
‘We gaan niemand dwingen om fysiek onderwijs te geven’
‘We gaan in ieder geval niemand dwingen om fysiek onderwijs te geven’, zegt ook Nicolo de Groot, vice-decaan onderwijs op de bètafaculteit. De geluiden van bezorgde docenten – bij FNWI zou het gaan om kleine aantallen – begrijpt hij. ‘Nu de delta-variant er is weten we dat je zelfs besmettelijk kunt zijn als je volledig gevaccineerd bent.’
Ook studenten worden niet verplicht om fysiek aanwezig te zijn, benadrukt de vice-decaan. ‘Als we daarin te streng zijn, kan dat voor iemand juist een prikkel zijn om naar de campus te komen, zelfs als diegene besmet is. Dat is een recept voor een ramp.’ Daarom kunnen bèta’s die in quarantaine zitten straks colleges online (terug)kijken, en bij vakken met werkcolleges is er altijd ten minste één online werkgroep, aldus De Groot.
Testen voor toegang
Waarom heeft de minister eigenlijk geen testen-voor-toegang-systeem ingevoerd op universiteiten, vragen critici zich af. Dat is wettelijk immers toegestaan. Of het onderwijs in ieder geval online gehouden tot 20 september, zoals het wetenschappelijke advies luidde van het Outbreak Management Team (maar wat de regering niet overnam). Universiteiten roepen toch al anderhalf jaar hoe belangrijk het is om af te gaan op de wetenschap tijdens de coronacrisis?
Dat kan wel zo zijn, redeneren OCW en de universiteiten, maar ook in tijden van toenemende besmettingen moet geprobeerd worden het hoger onderwijs zo goed mogelijk doorgang te laten vinden, ‘vanwege het maatschappelijke belang van onderwijs’, zo staat in de jongste richtlijnen van het ministerie. QR-codes vragen bij elke gebouwingang werkt dan drempelverhogend, afgezien nog van het feit dat dat praktisch ingewikkeld uit te voeren is.
Maatregelen mogelijk weer strenger
Maar, zo schrijft ook OCW: ‘Het is niet ondenkbaar dat de maatregelen in het najaar van 2021 weer strenger worden’, zoals de 1,5-meterregel of testen voor toegang. De bètafaculteit heeft zich er in ieder geval al op voorbereid. De Groot: ‘Bij alle practica houden we komend semester sowieso een onderlinge afstand aan van anderhalve meter, uit voorzorg.’
Vrees voor meer werkdruk
Afgezien van besmettingsangst, zijn er ook medewerkers die bezorgd zijn dat de nieuwe regels tot meer werkdruk gaan leiden. ‘Ik moet in het eerste semester college geven aan een groep die groter is dan het maximum van 75 ’, zegt Marijtje Jongsma, universitair hoofddocent bij psychologie. ‘Hoe ik dat moet doen, mag ik zelf uitzoeken.’
Dat richtlijnen nog ontbreken komt volgens de hoofddocent, die ook actief is bij onderwijsvakbond AOb, deels doordat de praktische richtlijnen vanuit het ministerie pas eind vorige week kwamen. Dat is minder dan anderhalve week voordat het collegejaar begint.
Haar onderwijsinstituut suggereerde om hybride colleges te geven (gelijktijdig fysiek en online, red.), waarbij studenten elkaar per toerbeurt afwisselen in de collegezaal. Jongsma: ‘Alles bij elkaar kost dat extra tijd, waardoor de werkdruk nog verder omhooggaat. Ik snap de lobby van studenten voor fysiek onderwijs – dat is hun goed recht – maar het werknemersperspectief is een beetje te veel ondergesneeuwd naar mijn smaak.’
Een deel van het extra werk is ondervangen door de tijdelijke NPO-middelen, zegt vice-decaan De Groot van FNWI. Die overheidsgelden zijn bedoeld om coronavertraging op te vangen in het hoger onderwijs. ‘Op onze faculteit kunnen docenten hiermee bijvoorbeeld student-assistenten inhuren die het online deel van hybride colleges voor hun rekening nemen.’ Zij zorgen dat alles technisch in orde is, en houden bijvoorbeeld voor de docent vragen in de gaten die via de chat gesteld worden.
Om een goed beeld te krijgen van hoe docenten aankijken tegen de heropening van het onderwijs, heeft vakbond AOb een enquête uitgezet. De vragenlijst staat open voor docenten aan het mbo, hbo en universiteiten.
Jurgen Brink schreef op 30 augustus 2021 om 11:09
De pleitbezorgers van toegang met testen wil ik er op attenderen dat aanvullende regelgeving van OC&W (in een Algemene Maatregel van Bestuur) noodzakelijk is en die is er nu (nog?) niet. Daarnaast is het goed om te realiseren dat in de wetgeving de universiteit verplicht om voor het onderwijs dat met testen voor toegang werkt ook een alternatief moet aan te bieden dat zonder testen voor toegang is. Dat kan een online alternatief zijn, of dat een college twee keer gegeven moet worden, één keer met testen voor toegang (en dan zonder 1,5m) en één zonder testen voor toegang. En onze medezeggenschap heeft voorafgaand instemmingsrecht op een besluit om voor het onderwijs met testen voor toegang te werken. Onderwijs met testen voor toegang is dus (ook) flink werkdruk verhogend. Dus hier geldt: “(be) careful what you wish for”