Universiteit in draaimolen van ranglijsten
Twee keer verscheen afgelopen maand een wereldranglijst en twee keer maakte de RU een duikeling. Ook op de ongekroonde koning onder de lijsten – die van Times – daalde Nijmegen. Een overzicht van de scores van de afgelopen vijf jaar, én een prangende vraag: welke waarde moeten we er aan hechten?
QS World University Rankings (van 143 naar 156)
Een nogal rare lijst, met maar vijf indicatoren waarvan er eentje over ‘reputatie’ gaat. Bij dat laatste mogen duizenden wetenschappers een universiteit nomineren, wat de lijst volgens critici een subjectief karakter geeft – een ons-kent-ons-vertekening die liefst 40 procent van de eindnotering bepaalt. QS zou dit jaar voor Nijmegen een fout hebben gemaakt, maar op de al weken terug ingediende klacht geeft de organisatie niet thuis.
Times Higher Education (van 131 naar 140)
Deze lijst ziet er al een stuk intelligenter uit: zestien indicatoren, meer aandacht voor onderwijs, en – ook niet onbelangrijk voor een universiteit als Nijmegen – minder fuzz over je reputatie. In de deze week verschenen lijst is de Radboud Universiteit op alle indicatoren gestegen in vergelijking tot vorig jaar. En toch zijn we gedaald. De reden: de universiteiten die vorig jaar in de buurt stonden, hebben het nóg beter gedaan.
Shanghai Index (van 140 naar 131)
Volgens deskundigen de meest invloedrijke lijst, dankzij het zware gewicht voor de big shots die de universiteiten in huis hebben. Een Nobelprijs of Fields Medal (wiskunde) telt, al heeft dat zo zijn beperkingen: een Nobelprijswinnaar is vaak al jaren over zijn top en verschaft de lijst een verouderde indruk.
Leiden Ranking (van 114 naar 97)
Een ranking die we van de makers eigenlijk niet mogen maken, want hier geldt het adagium dat je universiteiten moet rangschikken op de indicatoren. Alles op één hoop gooien in een totaalscore biedt volgens deze gedachte weinig inzicht. Maar vooruit, de Radboud Universiteit gaat hierover niet mopperen: we staan dit jaar in de top 100.
Wat moeten we ermee?
Terughoudend zijn, is het devies van de Radboud Universiteit. Als je stijgt op de lijst word je geacht te wijzen op de beperkingen van de lijst, met als voordeel dat je excuses bij een daling in betere aarde zullen vallen. En dan willen we best meegaan in de verzachtende verklaringen die de universiteit uitte op de tegenvallende scores in QS en Times. Maar zullen we dan afspreken dat we bij winst, zoals in de Elsevier-lijst, geen ijsjes meer uitdelen? / Paul van den Broek