Op verzoek van het kabinet bevriezen universiteiten, hogescholen en academische ziekenhuizen hun formele samenwerking met Rusland en Belarus. Tegelijkertijd steunen ze getroffen studenten en medewerkers.
Vandaag is zoals verwacht de oproep van het kabinet gekomen om de samenwerking met kennisinstellingen in Rusland en Belarus op te schorten vanwege de inval in Oekraïne. Duitsland, Denemarken en de Europese Commissie gingen Nederland voor.
Nederlandse universiteiten en hogescholen steunen de lijn van het kabinet. Hetzelfde geldt voor onderzoeksfinancier NWO en wetenschapsgenootschap KNAW. Maar ze betreuren de gevolgen voor het onderwijs en onderzoek.
‘Onderzoek floreert door internationale samenwerking en de open uitwisseling van kennis, inzichten en ideeën’, staat in een reactie. ‘Daarom nemen wij niet alleen deze maatregelen, maar ondersteunen we ook de Russische en Belarussische onderzoekers, docenten, studenten en organisaties die zich uitspreken tegen de invasie in Oekraïne.’
Studenten
Er studeren 917 Oekraïense en 1.653 Russische studenten in Nederland, plus een paar Belarussische studenten. En werken bovendien ‘enkele honderden’ Oekraïense, Russische en Belarussische medewerkers bij de kennisinstellingen.
Minister Robbert Dijkgraaf van OCW waardeert de hulp aan getroffen studenten en medewerkers. Voor de steun aan deze mensen stelt het kabinet ‘voor dit moment’ een miljoen euro ter beschikking.
Russische en Belarussische studenten, docenten en onderzoekers die in Nederland zijn, kunnen dus hier blijven. Nederlandse studenten in Rusland en Belarus krijgen het dringende advies naar huis te komen, als dat veilig kan.
Data en kennis worden niet meer uitgewisseld
De boycot betekent onder meer dat er geen geld van de Nederlandse instellingen naar Rusland en Belarus gaat en dat er geen data en kennis meer worden uitgewisseld. Er worden bovendien geen nieuwe samenwerkingsprojecten gestart.
Bij wetenschappelijke evenementen zijn deelnemers van Russische en Belarussische instellingen niet langer welkom. Onderzoekers van Russische of Belarussische instellingen worden ook niet meer uitgenodigd als referent of commissielid bij de beoordeling van onderzoeksvoorstellen.
Persoonlijke contacten
‘Maar vele samenwerkingen in onderwijs en onderzoek zijn gebaseerd op peer-to-peer relaties met Russische en Belarussische onderzoekers’, staat in de verklaring. ‘Velen van hen hebben met gevaar voor eigen leven de invasie publiekelijk bekritiseerd. Daarom willen de instellingen hun medewerkers alle ruimte geven de bestaande persoonlijke contacten met deze onderzoekers voort te zetten, waar dat passend is.’
‘In tijden van oorlog en conflict is het belangrijk dat we met deze onderzoekers in gesprek blijven’, vinden de hogeronderwijsinstellingen. Of dat niet gevaarlijk kan zijn? Dat moet per geval beoordeeld worden. Medewerkers kunnen ‘desgewenst’ contact opnemen met de afdeling Integrale Veiligheid of het landelijk Loket Kennisveiligheid.
Zo denkt Dijkgraaf er ook over. ‘Deze contacten vormen op een later moment de basis om de onderwijs- en wetenschappelijke betrekkingen weer te normaliseren’, schrijft hij.
Overigens roept minister Dijkgraaf alle kennisinstellingen op extra waakzaam te zijn op het gebied van cybersecurity en kennisveiligheid. Gisteren werd bekend dat Russische hackers al tientallen Nederlandse routers hebben gekraakt.