‘Vakbonden zijn er ook voor medewerkers met een tijdelijk contract’
Vakbonden aan de Radboud Universiteit moeten veel zichtbaarder worden. Dat zegt Marijtje Jongsma, woordvoerder namens de vier vakbonden in het Lokaal Overleg. Een nieuw in het leven geroepen functie moet daaraan bijdragen.
Er moet universitair hoofddocent en vakbondswoordvoerder Marijtje Jongsma iets van het hart. Volgens haar weten de meeste medewerkers van de Radboud Universiteit wel dat ze een keuzemodel met arbeidsvoorwaarden kunnen invullen, waar ze bijvoorbeeld vakantiedagen kunnen inruilen voor de aankoop van een nieuwe fiets. ‘Maar dat in het Lokaal Overleg nadere afspraken worden gemaakt over dat keuzemodel, weet haast niemand’, zegt Jongsma met een zucht. ‘Dat moet anders.’
Landelijke cao
Sinds 1 maart beschikt het Lokaal Overleg over een eigen vakbondssecretaris. Bedoeling van deze functie (van 0,4 FTE) is onder andere het organisatorisch en inhoudelijk ondersteunen van de vakbondsafgevaardigden. Maar de grootste uitdaging van Arina Vermaas, die als eerste de nieuwe functie bekleedt, is wellicht het vergroten van de zichtbaarheid van het Lokaal Overleg en de vier vakbonden die een actieve rol spelen op de universiteiten.
Want daar valt nog veel te winnen, zegt Vermaas. ‘In de landelijke cao is bijvoorbeeld afgesproken dat werkgevers aan nieuwe werknemers informatie moeten verschaffen over vakbonden’, zegt ze. ‘Maar als nieuwe werknemer aan de Radboud Universiteit moet ik deze zelf op de website van de Radboud Universiteit opzoeken.’
Tenure track
Jongsma legt uit hoe het Lokaal Overleg werkt. Vijf keer per jaar vergaderen afgevaardigden van de vier vakbonden – AOb, FNV, CNV en FBZ – met het college van bestuur. Daarin komen naast de afspraken over de Lokale Regelingen en het sociaal plan ook onderwerpen als werkdruk, sociale veiligheid, diversiteit en academische vrijheid aan bod.
Deze onderwerpen spelen weliswaar aan alle universiteiten, maar ze worden overal net ietsje anders ingevuld. ‘De thuiswerkvergoeding tijdens corona is bijvoorbeeld landelijk afgesproken, maar de uitvoering ervan verschilt per universiteit’, aldus Jongsma. ‘En alle universiteiten hebben een Keuzemodel Arbeidsvoorwaarden, maar ook hier is de uitvoering overal anders.’
De vakbondswoordvoerder geeft nog een voorbeeld. ‘In de meest recente cao is landelijk afgesproken dat nieuwe universitair docenten na twaalf of achttien maanden recht hebben op een vaste baan’, zegt ze. ‘Dat stond naar ons idee soms op gespannen voet met de uitzonderingsbepaling voor medewerkers met een tenure track (tijdelijke contracten waarin afspraken worden gemaakt met talentvolle onderzoekers, vaak in de functie van universitair docent, red.). In het Lokaal Overleg hebben we ervoor kunnen zorgen dat ook universitair docenten in zo’n traject na twaalf of achttien maanden een vast contract krijgen.’
Individuele rechtsbijstand
Jongsma zou graag willen dat de vakbonden zichtbaarder zijn. Het belang van vakbonden aan universiteiten is groot, zegt ze. ‘Uit onderzoek blijkt dat hoe meer leden in een bepaalde sector lid zijn van de vakbond, hoe beter hun arbeidsvoorwaarden zijn en hoe gezonder de loontonwikkeling’, zegt ze. ‘Maar ook werkgevers hebben baat bij een goede vakbondsvertegenwoordiging: het is efficiënter om goede afspraken te maken met een stevige afvaardiging met een grote achterban en het draagt bij aan de aantrekkelijkheid van de universiteit als werkgever.’
‘Een lidmaatschap van de vakbond geeft recht op individuele rechtsbijstand en advies’
Wat de huidige ledenaantallen van de vakbonden aan de Radboud Universiteit precies zijn, weet Jongsma naar eigen zeggen niet. Wel wordt uit haar antwoord duidelijk dat het aantal zeker hoger kan. Daar zijn verschillende oorzaken voor, legt ze uit. ‘Het ledenaantal is in Nederland sowieso vrij laag vergeleken met andere landen. Ook zijn veel medewerkers aan de universiteit tijdelijk in dienst en hebben ze minder binding met de sector. Als vakbond zijn we er zeer zeker ook voor hen, maar zij vinden vaak de weg niet naar ons.’
Dat de maandelijkse contributie van zo’n 15 à 20 euro mensen afschrikt, daar heeft Jongsma weinig begrip voor. ‘Die contributie kun je ingeven in het keuzemodel arbeidsvoorwaarden van de Radboud Universiteit’, zegt Jongsma. ‘Een lidmaatschap geeft je bovendien recht op individuele rechtsbijstand en advies. Dat kan van pas komen als je een conflict hebt met je werkgever, maar ook bij vragen over je rechten als werknemer aan de universiteit of bij lastige situaties op de werkvloer. En met je lidmaatschap draag je bij aan de totstandkoming van een goede cao.’
Lokaal Overleg versus Gezamenlijke Vergadering
Het Lokaal Overleg mag niet verward worden met de Gezamenlijke Vergadering, waarin leden van de Ondernemingsraad en de Universitaire Studentenraad zes à zeven keer per jaar in gesprek gaan met het college van bestuur. ‘De Ondernemingsraad is een verkozen orgaan’, legt Marijtje Jongsma uit. ‘Niet alleen de vakbonden zijn hierin vertegenwoordigd, maar ook vertegenwoordigers van andere netwerken, zoals bijvoorbeeld PhD Organisation Nijmegen (PON).’
Het Lokaal Overleg en de Ondernemingsraad vertegenwoordigen medewerkers dan ook op een andere manier. De verdeling van de rollen is beschreven in een convenant. Toch valt niet uit te sluiten dat sommige onderwerpen op beide vergadertafels terechtkomen, vertelt Jongsma. ‘Bij reorganisaties wordt het inhoudelijke plan besproken in de Ondernemingsraad, het doorlopende sociaal plan daarentegen is overeengekomen in het Lokaal Overleg.’