Naar je master zonder je bachelordiploma te hebben gehaald? Opleidingen mogen vanwege de coronacrisis zelf kiezen hoe ze met de harde knip omgaan. 'We hopen te voorkomen dat studenten studievertraging oplopen', zegt universiteitswoordvoerder Martijn Gerritsen.

Door de harde knip mogen studenten pas beginnen met een masteropleiding wanneer ze een bacheloropleiding hebben afgerond. De maatregel is in 2012 ingevoerd om studenten beter te laten nadenken over hun vervolgstudie.

Als gevolg van de coronacrisis komen sommige studenten bij het afronden van hun bachelorstudie in de problemen. Zo kunnen ze bijvoorbeeld niet op stage. Of zijn ze afhankelijk van een begeleider die maar amper reageert. In de oude situatie zouden deze studenten niet aan een masteropleiding mogen beginnen.

Verzacht

Daarom verzacht de Radboud Universiteit de harde knip. Dit betekent dat opleidingen zelf mogen bepalen hoe ze de harde knip invullen. Ze kunnen bijvoorbeeld bepalen dat studenten alsnog tot de masteropleiding worden toegelaten als ze voor een bepaald moment de bachelor afronden. Studenten kunnen dan hun scriptie afronden terwijl ze al aan een nieuwe opleiding begonnen zijn. ‘We hopen zo te voorkomen dat studenten studievertraging oplopen’, zegt universiteitswoordvoerder Martijn Gerritsen.

Erasmus Magazine, het medium van de Erasmus Universiteit, speculeert over andere redenen voor de beleidswissel. Door een zachtere knip blijven studenten eerder op de universiteit waar ze gestudeerd hebben. Voor de Radboud Universiteit, die altijd meer studenten voor een masterstudie ziet vertrekken dan arriveren, zou dit betekenen dat studenten die normaal gesproken richting de Randstad trekken alsnog in Nijmegen blijven.

Volgens Gerritsen is deze gedachte onzin. ‘Natuurlijk speelt dit voor ons niet mee. Ik vind het een vervelende redenering dat we daarom deze maatregel zouden invoeren. Iedereen werkt met man en macht om het onderwijs in goede banen te leiden, dus we hebben geen tijd om over zulke dingen na te denken.’

Positief

De twee studentenfracties in de medezeggenschap reageren positief op de maatregel. ‘We vinden het goed dat de universiteit hiernaar kijkt’, zegt Bart Zonneveld van AKKUraadt. ‘Wat we wel graag willen, is dat de opleidingscommissies bij het vaststellen van de criteria betrokken worden. Studenten moeten inspraak hebben op de vraag waar de grens voor de harde knip ligt.’

Ook asap staat positief tegenover de plannen. ‘Wel is het zaak dat opleidingen zo snel mogelijk duidelijkheid verschaffen over de toegangseisen’, zegt fractievoorzitter Thom Teulings. De universiteit maakt uiterlijk 15 mei de eisen per opleiding bekend.