Dit studiejaar trokken de universiteiten honderden premasterstudenten minder dan vorig jaar. Het scheelt 22 procent. Mogelijk komt dat door de goede arbeidsmarkt voor hbo’ers of de terugkeer van de basisbeurs.

Volgens de nieuwste cijfers, die deze maand naar buiten kwamen, verwelkomden de universiteiten dit studiejaar (2022) zestigduizend nieuwe bachelorstudenten. Dat waren er 2.900 minder dan in 2021: een tamelijk forse daling.

Onderdeel van deze telling zijn zogenaamde ‘schakelstudenten’, in feite studenten van de premasterprogramma’s. Op papier staan zij ingeschreven bij een bacheloropleiding, die in praktijk slechts zes maanden tot één jaar duurt.

In 2020 waren er 7.500 premasterstudenten, het jaar erna 6.900 en dit studiejaar 5.400, meldt de universiteitenvereniging UNL. Het aantal premasterstudenten daalde zelfs harder (1.500 minder) dan het aantal ‘echte’ bachelorstudenten (1.400 minder).

Tilburg University kent de meeste schakelstudenten. Daar is de terugval ook het grootst: van bijna 1.700 naar 1.100. Aan de Radboud Universiteit daalde het aantal premasterstudenten van 850 naar 620 in twee jaar tijd. Geen enkele universiteit trok dit studiejaar meer schakelstudenten dan vorig jaar.

Oorzaken

Volgens koepelvereniging UNL is een deel van de daling te verklaren door lagere afstudeercijfers bij hbo’ers.

Tilburg University wijst daarnaast op de sterk aangetrokken arbeidsmarkt. ‘Ze hebben al een hbo-diploma’, zegt een woordvoerder, ‘dus ze kunnen ook gaan werken.’

Een derde mogelijkheid is dat afgestudeerde hbo’ers op de terugkeer van de basisbeurs wachten voordat ze weer de collegebanken ingaan.

Onvolledige cijfers

Het aantal premasterstudenten wordt pas sinds drie jaar bijgehouden. Bovendien staan niet alle schakelstudenten als zodanig geregistreerd, waardoor deze cijfers onvolledig zijn.