Vici-subsidie voor Mirjam Ernestus
Taalwetenschapper Mirjam Ernestus van de Radboud Universiteit ontvangt een Vici-subsidie van 1,5 miljoen euro van de Nederlandse organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO). Met haar Vici gaat Ernestus onderzoeken hoe mensen die een vreemde taal leren verschillende uitspraakvarianten in hun geheugen opslaan. Wie een vreemde taal leert, moet verschillende uitspraakvarianten van woorden in die taal leren verstaan. Eén van de dingen die je als ‘vreemdetaalleerling’ onder de knie moet krijgen, zijn de gereduceerde uitspraakvarianten. Want iedereen die een taal goed spreekt, raffelt veelvoorkomende woorden af en zegt dingen als cpute in plaats van computer (in het Engels) of Neland in plaats van Nederland. Opslaan in geheugen Een goed verstaander moet het dus vaak met een half woord doen – maar hoe leer je nu wat dat halve woord in z’n geheel zou moeten zijn? Hoe maak je er een mentale representatie van, hoe sla je het op in je geheugen? ‘Het idee is dat je in het begin, als je een vreemde taal nog niet goed kent, een heel gedetailleerde representatie maakt van hoe een woord hoort te klinken. Naarmate je de taal beter beheerst, kunnen de representaties globaler worden. Omdat je dan beter weet welke details er wel en niet toe doen.’ Invloed eigen taal Door erachter te komen hoe vreemdetaalleerders uitspraakvarianten onder de knie krijgen, denkt Ernestus ook meer inzicht te krijgen in hoe moedertaalleerders van kinds af aan diezelfde varianten leren. Een groot verschil tussen beide groepen is wel dat vreemdetaalleerders bij het leren beïnvloed kunnen worden door spraakreductiepatronen die ze kennen uit hun eigen taal. ‘Dat is de tweede belangrijke onderzoeksvraag: hoe verandert het leerproces onder invloed van verschillende ervaringen. Om die vraag te onderzoeken, wil ik bijvoorbeeld ook testen of het gemakkelijker is om spraakreductievarianten te leren beheersen wanneer je steeds naar één persoon luistert of naar verschillende.’ Aan een robot taal leren Ernestus en collega’s (de Vici-subsidie betekent de komende jaren werk voor, naast Ernestus, drie junioronderzoekers, een postdoc, een collega-onderzoeker en diverse studentassistenten) beginnen met het ontwikkelen van een theorie, die ze vertalen naar een computermodel, dat vervolgens getest wordt. ‘Zie het als een robot die we gaan leren om gereduceerde spraak te herkennen. Als de theorie klopt, moet de computer dat op eenzelfde manier gaan leren als vreemdetaalleerders, wat te merken moet zijn aan de reacties. Ik denk niet de theorie in één keer “af” is, de testresultaten zullen ons helpen om de theorie te vervolmaken. Zodat we aan het eind de eerste volledig gespecificeerde theorie ter wereld over het leren van deze uitspraakvarianten hebben.’ ERC én Vici Eerder dit jaar ontving Ernestus al een Europese subsidie van 1,5 miljoen euro (ERC Starting Grant) voor onderzoek naar het verstaan van spontane spraak in vreemde talen. Beide projecten sluiten op elkaar aan (een verschil is dat het in het ERC-project gaat om ervaren, in het Vici-project om minder ervaren vreemdetaalleerders) en zullen naast elkaar worden uitgevoerd. Zie voor meer informatie over Mirjam Ernestus en haar onderzoek ook dit filmpje.