Vis is superieur als proefdier
Vissen hebben iets belangrijks voor op mensen: het vissenlichaam geneest als vanzelf. Een schub met een gat of een beschadigd hart is niets: het groeit toch vanzelf weer aan. Dat maakt vissen zo geschikt als proefdier, vindt Erik de Vrieze, die schubben bestudeerde op hun bruikbaarheid voor medicijnonderzoek naar botziekten.
De cellen in schubben lijken veel op botcellen van mensen. Ze hebben dezelfde functie en eenzelfde structuur. De Vrieze ontdekte dat medicijnen die botontkalking veroorzaken bij mensen dat ook doen in de vis. ‘Dat zagen we als het ultieme bewijs dat de botcellen in de vis hetzelfde werken als die in de mens.’
Schubben zouden dus waarschijnlijk bruikbaar kunnen zijn om medicijnen tegen botziekten, zoals botontkalking, te testen. Dat soort onderzoek wordt nu op ratten en muizen gedaan, maar dat is voor die dieren erg belastend. Een schub trek je zo van de vis af, legt De Vrieze uit. ‘We verdoven de vissen eerst met een slaapmiddel in het water en dan trek je de schub er met een pincetje uit. We zien na een paar minuten al dat de vissen volledig van de schrik zijn bekomen: ze vertonen geen stress meer. ’
De wond die overblijft, herstelt binnen een dag. En de schub groeit dus vanzelf weer aan. Vissen zijn wat hun herstellingsvermogen betreft superieur aan mensen, zegt De Vrieze. ‘Vissen zijn misschien niet zo aantrekkelijk omdat ze glibberig en koudbloedig zijn, maar in sommige opzichten zijn ze beter gelukt dan mensen. Het zou een hoop ziektebeelden oplossen als bij de mens beschadigingen ook weer vanzelf overgingen.’
De Vrieze ontdekte dat de zebravissenschub inderdaad bruikbaar is om een eerste indruk te geven van geschikte stoffen voor medicijnen tegen botziekten.Hij benaderde een farmaceutisch bedrijfje op de campus dat het onderzoeksmodel nu binnen de farmaceutische industrie aan de man probeert te brengen. Om de schubben echt interessant te maken voor de farmaceutische industrie voegde De Vrieze aan de zebravissen een gen toe. Ze geven – in combinatie met nog een ander stofje – daardoor een lichtgevende stof af als ze bot aanmaken. / Martine Zuidweg