Vluchteling-student beter af met Nederlandstalige studie
Stichting voor Vluchteling-Studenten UAF adviseert haar studenten om voor een Nederlandstalige bachelor te kiezen. Niet voor een Engelstalige. En dat terwijl de Engelstalige studies in Nijmegen groeien als kool. Overslaan, die bètafaculteit dan maar?
Vluchtelingstudenten moeten Nederlands leren om aan de inburgeringseisen te voldoen en kans te maken op een baan. Daarbij ook nog Engels op hoog niveau beheersen is voor de meeste van hen een stap te ver, merkt Stichting voor Vluchteling-Studenten UAF. ‘Wij adviseren vluchtelingen die aan een universiteit willen studeren om een Nederlandstalige bachelor te doen’, zegt directeur Mardjan Seighali. ‘Op de lange termijn is dat beter voor hun functioneren in de Nederlandse samenleving en kansen op de arbeidsmarkt.’ Daarbij: vluchtelingstudenten moeten aan de inburgeringseisen voldoen. Ze krijgen pas een paspoort als ze het inburgeringsexamen – dat in het Nederlands is – met goed gevolg hebben afgelegd.
No-go
De Nijmeegse universiteit telt momenteel dertien Engelstalige bachelors. In 2020 wil de bètafaculteit, koploper op dit gebied, al haar opleidingen alleen nog in het Engels aanbieden. Wiskunde is de enige die tegensputtert. Daarmee prijst de bètafaculteit zich uit de markt voor vluchtelingstudenten. Vice-decaan Floris Rutjes vindt het jammer, maar accepteert dat hierdoor de vluchtelingstudenten zijn faculteit mogelijk overslaan. Hij kan zich het advies van de UAF wel voorstellen. ‘Studenten die moeite hebben met Engels, ook Nederlandse studenten, kiezen nu expliciet voor een Nederlandstalige bachelor aan een andere universiteit. Het is daarom belangrijk dat er in Nederland naast Engelstalige ook Nederlandstalige bètaopleidingen blijven bestaan.’ Keuze genoeg, zegt Rutjes. ‘Voor een Nederlandstalige bachelor chemie kun je bijvoorbeeld terecht in Utrecht, Leiden of Amsterdam.’
‘Niet alleen voor het hoger onderwijs maar ook omdat werkgevers dit verlangen’
Maar ook voor de kleine groep vluchtelingstudenten die de Engelse taal redelijk beheerst, zoals hoogopgeleide Syriërs en Iraniërs, blijkt een Engelstalige studie in de praktijk te moeilijk. ‘Het niveau van het Engels in Nederland is heel hoog. Dat onderschatten studenten vaak’, zegt Seighali. Als vluchtelingstudenten per se een Engelstalige bachelor willen doen, raadt het UAF aan eerst de Nederlandse taal goed te leren en die tijdens de studie voldoende te blijven ontwikkelen. ‘Niet alleen voor het hoger onderwijs maar ook omdat werkgevers dit verlangen. Het is wel een hele grote teleurstelling als je na een intensieve opleiding niet wordt aangenomen omdat je Nederlands niet goed genoeg is.’
Markt
Rutjes wijst erop dat studenten ook bij een Nederlandse bètastudie behoorlijk Engels moeten kennen. ‘Ook als je een Nederlandstalige bachelor in bijvoorbeeld chemie volgt kan dat haast niet zonder een degelijke kennis van het Engels. Er bestaan nu eenmaal geen Nederlandse lesboeken voor de chemieopleiding. Vrijwel alle boeken zijn altijd al in het Engels, omdat de Nederlandse markt gewoon veel te klein is. En vergeet niet: na je bachelor kom je hoe dan ook in een Engelstalige master terecht.’
Momenteel volgen zo’n 2.000 vluchtelingen met begeleiding van het UAF een opleiding in het Nederlandse hoger onderwijs. Ruim 700 van hen zijn afkomstig uit Syrië. 19 studeren aan de Radboud Universiteit.
In het hoger beroepsonderwijs (hbo) speelt het probleem nauwelijks, omdat beroepsopleidingen vrijwel altijd een Nederlandse variant aanbieden naast een Engelse variant.