Waarom de ombudsfunctionaris stopt: ‘Ik had continu het gevoel aan de zijlijn te staan’
Nancy Viellevoye stopt als ombudsfunctionaris van de universiteit. Niet omdat ze haar werk beu is, maar omdat ze als ombudsfunctionaris niet kon bereiken wat ze graag had gewild. ‘Dit is zo’n hiërarchische organisatie dat je alleen iets te zeggen hebt, als je macht hebt.’
‘Ik ben hier gestart vanuit het idee dat ik mijn kennis, kunde en ervaring kon inzetten voor de universiteit en haar medewerkers en vanuit mijn functie iets zou kunnen veranderen.’ Aan het woord is ombudsfunctionaris Nancy Viellevoye. ‘Maar ik heb niet het gevoel dat dat op dit moment mogelijk is.’
Ze heeft daarom haar ontslag ingediend. Op 18 april verlaat ze de Radboud Universiteit.
In gesprek met Vox wil Viellevoye uitleggen waar ze tegenaan liep in haar werk. Het interview vindt plaats op de tweede verdieping van het Thomas van Aquinogebouw, waar de ombudsfunctionaris talrijke gesprekken voerde met medewerkers van de universiteit. Het afgelopen jaar ontving ze 111 meldingen. Dat zijn er wel heel veel, zegt Viellevoye. Waarover later meer.
Strenge hiërarchie
Eerst moet Viellevoye namelijk iets anders van het hart. Misschien, zegt ze meteen, was ze te idealistisch en ambitieus toen ze tweeënhalf jaar geleden de allereerste ombudsfunctionaris van de Radboud Universiteit werd. ‘Ik had het idee in een functie terecht te komen waarin ik een volwaardige gesprekspartner zou zijn voor het college van bestuur en voor faculteitsbesturen en directies, maar door de strenge hiërarchie op de universiteit was dat niet het geval.’
Vanuit haar rol als advocaat en mediator was Viellevoye juist gewend om aan tafel te zitten met bestuurders. ‘Je wordt dan ingeroepen om te adviseren of om een bepaalde klus te doen. Ik had gedacht dat ik als ombudsfunctionaris ook zo’n rol zou hebben, maar blijkbaar werkt dat niet zo. Dat gaf mij continu het gevoel dat ik aan de zijlijn stond. En dat ik daardoor in mijn functie weinig kon bereiken voor al die melders die bij me kwamen.’
‘Telkens worden er arbeidsrechtadvocaten, consultants of onderzoekers ingevlogen, terwijl er voldoende expertise aanwezig is in eigen huis’
De ombudsfunctionaris heeft wel een idee hoe dit zou kunnen komen. ‘Deze functie is nieuw aan de universiteit en is een uitvloeisel van de cao-onderhandelingen. De Radboud Universiteit was zo ongeveer de laatste universiteit waar een ombudsfunctionaris werd aangesteld.’ Wat de meerwaarde van een ombudsfunctionaris kan zijn, is volgens haar nog niet overal op de campus ingedaald.
Externe onderzoeken
In verband met de privacy van melders is het voor Viellevoye niet mogelijk om voorbeelden te geven van casussen waarin ze tegen muren aanliep. Wat ze wel kan zeggen, is dat er te weinig van haar expertise gebruik werd gemaakt. ‘Bij het vermoeden van een misstand grijpen bestuurders vaak naar een extern onderzoek en dan heeft de ombudsfunctionaris nauwelijks inbreng.’
Dergelijke onderzoeken vonden de laatste jaren vaak plaats aan de Radboud Universiteit, onder andere bij de Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen en bij de opleiding Culturele Antropologie en Ontwikkelingsstudies. Momenteel voert Bureau Berenschot een onderzoek uit naar de hoogleraar Psychologie die jarenlang ongewenste appjes stuurde naar een masterstudent.
Volgens Viellevoye is het een bestuurlijke reflex om bij problemen rondom sociale veiligheid externe adviseurs in te schakelen. ‘Telkens worden er arbeidsrechtadvocaten, consultants of onderzoekers ingevlogen, terwijl er voldoende expertise aanwezig is in eigen huis. Bijvoorbeeld bij faculteiten, bij HR en de Interne Audit Dienst.’
In geval van externe onderzoeken, legt Viellevoye uit, zijn de opdrachtgevers – vaak bestuurders of directeuren – ook belanghebbenden bij een bepaalde uitkomst. Zij bepalen mede wat er precies onderzocht wordt. ‘Dat lees je ook terug in de rapporten en in de aanbevelingen die worden overgenomen.’ Van volledige onafhankelijkheid is volgens Viellevoye geen sprake.
Als ombudsfunctionaris mocht ze vaak alleen ideeën geven over mogelijke onderzoeksvragen. ‘Positief is dat ik bij de verkennende interne onderzoeken werd betrokken. Maar als mijn aanbevelingen niet worden overgenomen, is mijn rol heel klein. De universiteit is zo hiërarchisch dat je alleen iets te zeggen hebt als je macht hebt. Zo niet, dan heeft je mening minder waarde.’
De rol van leidinggevenden, viel Viellevoye op, blijft bij externe onderzoeken vaak buiten schot. ‘Terwijl ik me bij veel zaken rondom sociale veiligheid aan deze universiteit afvraag waardoor situaties zolang hebben kunnen aanhouden. Daarvoor is het van belang om de context onder de loep te nemen waarin het grensoverschrijdend gedrag kon ontstaan én kon voortduren.’
Trek lessen uit het verleden, is Viellevoyes devies. ‘Niet om mensen af te rekenen op hun werk, maar om te weten hoe dingen hebben kunnen gebeuren, zodat ze zich in de toekomst niet herhalen.’
Te veel werk
Een ander probleem waar Viellevoye tegenaan liep, vertelt ze, waren de hoeveelheid meldingen die bij haar binnenkwamen. In 2023 waren dat er 111, het jaar daarvoor 95. Meestal betroffen het arbeidsconflicten met leidinggevenden of tussen collega’s onderling. Ook zag ze veel frustratie bij mensen die een toegezegde promotie niet kregen.
Het is goed dat melders haar weten te vinden, stelt Viellevoye, maar het merendeel van deze problemen zou moeten worden opgelost door HR. ‘Vaak krijg ik te horen dat HR de melder niet verder heeft kunnen helpen of dat mensen het gevoel hebben dat HR-medewerkers niet onafhankelijk zijn. Ook komen er zoveel mensen bij mij omdat leidinggevenden hun verantwoordelijkheid niet nemen, of geen daadkracht tonen, waardoor problemen blijven bestaan.’
Gevolg daarvan is dat de ombudsfunctionaris zich vaak overbelast heeft gevoeld. Ze werkte slechts drie dagen per week voor de universiteit, terwijl ze werk had voor vier. ‘Dat deed ik met liefde en plezier, maar op een gegeven moment slaat de balans door’, zegt Viellevoye.
‘Ik was alleen maar bezig met advisering en bemiddeling, maar ik wilde juist met de grote lijnen aan de slag’
‘Bovendien was ik alleen maar bezig met advisering en bemiddeling. Dat zijn dingen die ik mijn hele werkzame leven al heb gedaan. Als ombudsfunctionaris wilde ik juist met de grote lijnen aan de slag. Ik ben er te weinig aan toegekomen om met een helikopterview naar de universiteit te kijken om zo patronen van sociale onveiligheid op te sporen.’
Op korte termijn ziet ze de ombudsfunctie op de universiteit niet veranderen. Mocht die toch een meer overstijgende rol krijgen, dan voorziet Viellevoye nieuwe problemen. Dan moet het gros van de individuele casussen worden opgelost door HR en leidinggevenden. ‘Dat vereist een grotere capaciteit en deskundigheid bij HR en meer vertrouwen in leidinggevenden. Zolang dat niet het geval is, zal de vraag naar onafhankelijk deskundig advies en bemiddeling blijven.’
Dat er een centraal meldpunt komt voor grensoverschrijdend gedrag – één van de plannen uit het nieuwe plan van aanpak, juicht Viellevoye toe. ‘Maar de meldingen moeten wel door iemand behandeld worden. Er moet een plek zijn waar melders naartoe kunnen.’
‘Als dat de ombudsfunctionaris niet is, dan gaan ze naar de vakbond. Die is vaak gericht op escalatie, terwijl de ombudsfunctionaris in het belang van de organisatie altijd probeert te de-escaleren.’
Logge organisatie
Of ze gedesillusioneerd is? ‘Nee, er zijn wel degelijk verbeteringen in gang gezet, bijvoorbeeld door het team Sociale Veiligheid. Zelf heb ik veel waardering ontvangen van mensen die ik heb geholpen met advies en bemiddeling. Maar er is nog veel werk te doen. Ik had gehoopt dat mijn functie beter ingebed zou worden in de organisatie en dat men er meer de waarde van zou inzien.’
Al met al heeft ze de afgelopen tweeënhalf jaar de universiteit op een andere manier leren kennen. ‘Het is opvallend dat de universiteit aan de binnenkant heel anders is dan ze van buiten lijkt. Ik had niet verwacht dat het zo’n logge organisatie zou zijn, waar dingen gaan omdat ze altijd zo gegaan zijn.’
Opvolging
Nancy Viellevoye geeft aan een opvolger graag te willen inwerken. ‘Ik heb eind januari opgezegd en het ligt bij het college van bestuur hoe ze er nu invulling aan geven. 18 april is mijn laatste dag, dus het zal wel snel moeten gebeuren. Er wordt aan gewerkt, heb ik begrepen.’
Wat gebeurt er met de registraties van alle meldingen die de afgelopen twee jaar bij Viellevoye zijn binnengekomen? Volgens de AVG mogen ze maar drie jaar bewaard blijven. Viellevoye zegt haar administratie graag te overhandigen aan een opvolger en wat er daarna mee gebeurt, is niet meer aan haar.
Hoop put ze uit de toenemende mate van transparantie die betracht wordt bij besluiten, zelfs op het niveau van specifieke casussen. ‘Dat is positief’, stelt Viellevoye.
Na haar vertrek gaat ze weer fulltime aan de slag in haar eigen mediationpraktijk. Die had ze bewust aangehouden, om niet afhankelijk te worden van de universiteit. En verder? ‘Ik zie wel wat er op mijn pad komt’, zegt Viellevoye. ‘Ik hoop nog eens aan de slag te kunnen gaan als ombudsfunctionaris. Als de functie goed is ingebed in de organisatie, kun je een hoop positiefs bereiken – het is een mooie rol.’
Anonieme melder schreef op 26 maart 2024 om 10:52
Uitermate pijnlijk wat hier gezegd wordt. Het komt erop neer dat onze bestuurders onze eigen ombudsfunctionaris niet serieus nemen. Of misschien nog veel erger: buitenspel zetten en actief tegenwerken. Nancy zegt het heel diplomatiek: “nog niet overal op de campus is ingedaald” wat de meerwaarde van een ombudsfunctionaris zou kunnen zijn. Voor de goede lezer is duidelijk dat die observatie vooral voor één soort plek op de campus geldt: de bestuurskamers, in het bijzonder de kamers van de heilige drieëenheid in het Berchmanianum. De 200+ melders begrijpen in elk geval héél goed wat de meerwaarde van een ombudsfunctionaris is (en zeker die van Nancy). Het stuk maakt ook pijnlijk duidelijk wat de perverse logica van externe onderzoeken is: je wekt als bestuurder de indruk het probleem uitermate serieus te nemen maar in werkelijkheid verschaf je jezelf de middelen om de zaak volledig naar je toe te trekken en de uitkomsten te manipuleren. “Van volledige onafhankelijkheid is geen sprake”: dat is een diplomatieke manier om te zeggen dat veel van die onderzoeken gewoon doorgestoken kaart zijn. Wat het allemaal zo bijzonder verdrietig maakt is dat uitgerekend de ombudsfunctionaris als enige de bevoegdheid heeft om zelfstandig een onderzoek in te stellen naar dit soort vormen van machtsgebruik en machtsmisbruik door bestuurders. Maar als je op zoveel onwil en tegenwerking stuit, dan is het starten van zo’n onderzoek waarschijnlijk een oorlogsverklaring. Begrijpelijk dat Nancy daar geen zin in heeft. Laten we in het belang van de universiteit maar hopen dat haar opvolgster die strijd wel wil aangaan.
Anoniem schreef op 26 maart 2024 om 15:03
Wie zegt dat er een opvolg’st’er komt?
Anoniem schreef op 26 maart 2024 om 13:43
Dapper en goed dat de vertrekkende ombudsvrouw zich zo helder uitspreekt, maar jammer dat dat dus kennelijk alleen kan als je je ontslag al hebt ingediend. Hierdoor zijn haar kritieken en adviezen weer even snel gemakkelijk vergeten en te negeren. Een goede organisatie trekt lering uit dit soort signalen. Een bestuur dat moed, openheid en verbinding propageert laat dat niet alleen in woord maar ook in daad zien, juist op zulke momenten. Haar vertrek nu, zonder opvolging is een zoveelste signaal dat er iets niet goed gaat in het Radboudiaanse bestuur. Waar wee degene die dit durft te zeggen zonder ontslag te nemen.
Anoniem schreef op 26 maart 2024 om 16:59
Nancy is een held die nog echte objectiviteit en integriteit kent. Heel goed dat ze zich uitspreekt tegen onderzoeken waarbij opdrachtgevers belanghebbenden zijn. Daardoor kunnen zij de vraagstelling sturen en hebben zij “eigenaarschap” over de uitkomsten en is er makkelijk te framen en cherry picken wat (afhankelijk van hoe geliefd een onderzochte is bij de opdrachtgever) wel en niet naar buiten wordt gebracht. Heel jammer dat ze een “exit” nodig heeft om haar “voice” effect te geven. Een gemiste kans voor de universiteit. Veel succes met de eigen praktijk, mevrouw Viellevoye. Maar dat komt vast goed!
Medewerker schreef op 26 maart 2024 om 17:04
Het CvB publiceerde vorige maand het volgende persbericht over het vertrek van Viellevoye:
“Nancy Viellevoye heeft besloten per 1 mei te stoppen als ‘ombudsfunctionaris medewerkers’ bij de Radboud Universiteit. Zij heeft met haar kennis, kunde en veel energie een goede start gemaakt met de invulling van deze nieuwe functie binnen de organisatie.
Wij zijn haar zeer dankbaar voor haar inzet en wensen haar succes in haar vervolgcarrière. Het proces voor haar opvolging wordt binnenkort opgestart.
Viellevoye: ‘Ik hoop van harte dat de ingezette lijn van verbetering van de hulpstructuur en sociale veiligheid in het algemeen verder ontwikkeld wordt. Ik heb daar alle vertrouwen in.'”
Nu is het natuurlijk niet ondenkbaar dat er uiteenlopende perspectieven zijn op deze samenwerking. Maar het persbericht van het CvB suggereert toch wel héél erg dat alles koek en ei was, en dat Viellevoye zelf ook positief terugkijkt op wat ze hier bereikt heeft. Over verschil van inzicht geen woord – sterker, ze zou er “alle vertrouwen” in hebben. De aperte discrepantie tussen het officiële persbericht en dit interview illustreert precies het punt van Viellevoye: na alle schandalen van de afgelopen jaren is de universiteit nog steeds niet in staat om interne kritiek en expertise serieus te nemen. Het lijkt er toch altijd weer op dat het CvB er alles aan gelegen is om naar de buitenwereld mooi weer te kunnen blijven spelen.
Wilma Philipse, lid OR schreef op 26 maart 2024 om 17:19
Ik onderschrijf van harte de reacties. En het is typerend voor de hele situatie dat niemand zijn/haar naam onder een reactie heeft gezet.
Anoniem schreef op 26 maart 2024 om 18:52
Wilma, je slaat de spijker op zijn kop. De angst onder medewerkers is enorm groot. Het CvB presenteert zichzelf steeds als ‘redder in nood’ (bijvoorbeeld tijdens de Prevent. Care. Cure. roadshow onlangs weer) maar het is pijnlijk duidelijk dat door gebrek aan waarachtig leiderschap het dweilen met de kraan open is. Het CvB zou het goede voorbeeld moeten geven. Stoppen met ‘wandelclubjes’, zichtbaar zijn op de campus niet allen om een show te geven, Berchmanianum toegankelijk laten zijn voor alle medewerkers (letterlijk en figuurlijk), ofwel, ga doen wat je ook van anderen vraagt. Dat is nog Katholiek ook.
Alweer anoniem schreef op 26 maart 2024 om 20:12
Wilma, ook wat mij betreft sla je de spijker op z’n kop. Maar welke rol speelt de medezeggenschap in deze situatie? Het is al een paar jaar overduidelijk dat het bestuur niet echt goed functioneert en dat is uiterst vriendelijk uitgedrukt. De RvT … tja, wat moeten we daar eens over zeggen? In de zaak Van Krieken is wel duidelijk geworden dat dat gremium ook niet echt functioneert. Wat doet de medezeggenschap? Jullie zien wat er allemaal misgaat: een voortreffelijke ombudsfunctionaris vertrekt gefrusteerd, de leden van het CvB blijven glimlachen wat er ook gebeurt en roepen dat ze “het gesprek willen aangaan” (wat ondertussen helemaal niemand meer gelooft). En ondertussen heerst de angst. Waar is de medezeggenschap? Dit is geen kritiek maar een oprechte vraag: kun je duidelijk maken wat de OR concreet doet om een einde te maken aan deze ellendige situatie?
Bernadette Smelik schreef op 26 maart 2024 om 21:24
In 2017 heeft de OR een initiatiefnota ingediend waarin de sociale veiligheid aan de orde gesteld is. Inzet was: aanstellen ombudsfunctionaris en versterking vertrouwenspersonen. Als OR-voorzitter ben ik toen op het matje geroepen bij het college (bang voor imagoschade, letterlijk gezegd tegen mij). Wel een discussie gevoerd in een overlegvergadering met als uitkomst dat het college eerst wilde inzetten op het evalueren en versterken van vertrouwenspersonen omdat het college het ’te vroeg’ vond om een ombudsfunctionaris aan te stellen. Daarna heeft de OR het college dringend gevraagd om mee te doen met de pilot zoals deze in de CAO was afgesproken. Ook dit vond het college te vroeg. Men wilde eerst de ervaringen van de andere universiteiten afwachten. De OR zal hier ongetwijfeld bovenop blijven zitten, maar heeft wel een lange adem nodig.
Het viel mij ook op dat er alleen anoniem wordt gereageerd, behalve door een huidig OR lid.
Job schreef op 26 maart 2024 om 23:03
Zeer teleurstellend dit te lezen. Er zijn inmiddels veel universiteiten én hogescholen die de ombudsfunctie wel omarmen, zien en ervaren als toegevoegde waarde. Dat de RU nog niet zover is, is voor mij eigenlijk ook weer geen héle grote verrassing.
Anoniem schreef op 27 maart 2024 om 09:07
Wat een verademing dat iemand zo open en feilloos de spijker op de kop slaat! Helaas iemand die weggaat omdat ze vastloopt in deze organisatie die er van buiten betrekkelijk gemoedelijk uitziet. Aan de binnenkant zit zoveel angst. Angst om besluiten te nemen. Angst voor het imago. Zuinig met bevoegdheden. Angst om het uit te leggen en open te bespreken. Angst dat het teveel geld kost. Met uitstel als favoriete uitkomst. Slepend en demoraliserend. Veruit de belangrijkste reden voor de werkdruk, maar die komt niet terug in de spreadsheets. Veel succes ombudsvrouw!
Anonieme Radboudiaan schreef op 30 maart 2024 om 11:19
Dit contrast tussen binnen en buiten is zo groot en wordt zorgvuldig gekoesterd door het bestuur. Benepen parochialiteit en helemaal niets van ‘moed, openheid en verbinding’. Zo branden ook mensen die van buiten naar Radboud komen heel snel op, wat vervolgens snel wordt toegedekt met woorden die nu ook bij het vertrek van de ombudsman door het bestuur worden gebezigd. Leidinggevenden die in hun eigen Radboud habitat hebben gedisfunctioneerd worden intern verplaatst om als interim leider elders wijzigingen te forceren. Als dat dan (uiteraard) mislukt gaat alles in de doofpot. Dit is geen intellectuele gemeenschap op deze manier. De trap moet van bovenaf schoon.
Barbara Müller schreef op 27 maart 2024 om 09:34
Veel dank voor jouw inzet en openheid Nancy!
Wilma Philipse, lid OR schreef op 27 maart 2024 om 13:07
Het is mij al heel veel jaren een doorn in het oog dat de medezeggenschap alleen bestaat doordat een handjevol mensen zich wil inzetten voor het algemeen belang. Niet alleen zijn er amper mensen die zich verkiesbaar willen stellen, maar ook de opkomst bij de laatste verkiezingen om te gaan stemmen was bedroevend.
Waar houden we ons als medezeggenschap mee bezig? Met heel veel. Ik kan hier een hele lange lijst gaan opsommen, maar als je echt interesse hebt, ga dan naar de website op radboudnet waar voor elke vergadering de agenda en bijbehorende stukken staan https://www.ru.nl/over-ons/organisatie/medezeggenschap
Nog even over het wekken van interesse van de academische gemeenschap voor de medezeggenschap: ik heb afgelopen maandag in de vergadering voorgesteld om een soort Radio-RU-Medezeggenschap- rechtstreekse-uitzending te gaan doen van alle GV vergaderingen (gezamenlijke vergadering van OR en USR, en van OR en USR met het CvB). Wie wil, kan dan rechtstreeks meeluisteren. Ik zou graag bij deze meteen de interesse hierin peilen. Mag ook rechtstreeks naar mijn emailadres: [email protected] Overigens, je bent altijd welkom om de vergaderingen life bij te wonen in de Aula.
Ik vind het verschrikkelijk dat collega’s op de universiteit zich zo onveilig voelen dat ze niets durven zeggen over wat ze overkomt; ik vind het ontzettend jammer dat zovelen die reageren op het interview met de ombudsfunctionaris, het anoniem doen omdat ze bang zijn voor consequenties.
Ik word verdrietig als ik hoor dat steeds vaker PhD’s hun promotietraject niet afmaken omdat ze problemen hebben met hun promotor. Het is heel erg dat jonge mensen zich genoodzaakt zien om hun promotietraject af te kappen omdat het werkelijk niet meer gaat en ze er letterlijk aan onderdoor gaan; hun laatste keuze, om niet helemaal in te storten, is dan gewoon te stoppen. Hier zou de hierarchie in de organisatie wel degelijk iets kunnen doen: waarom nemen onderzoekinstituutsbesturen geen verantwoordelijkheid en lossen ze zulke problemen niet gewoon op? Of beter nog, waarom creëren ze niet een werkklimaat waar zulke problemen niet voorkomen? Waarom pakken ze hoogleraren waar promovendi weglopen, niet aan? Het is een flinke aderlating voor de universiteit als onderzoek niet wordt afgerond, niet alleen intellectueel gezien, maar ook financieel. Besef wel dat de promotiepremie die de universiteit krijgt vanuit Den Haag, in 2023 83.000 euro per promotie opleverde! Minder dan de helft van dat bedrag komt bij een faculteit terecht, maar blijkbaar gaat het financieel gezien met de universiteit en de faculteiten nog zo goed dat we die bedragen wel kunnen missen. Maar het weegt niet op tegen de emotionele schade die PhD’s ondervinden en waar ze vaak de rest van hun leven mee blijven zitten.
Het is heel erg dat we te maken hebben met zo veel slechte leidinggevenden dat collega’s zich niet veilig voelen om met hun mening naar buiten te komen. Ik werk al heel veel jaren bij de universiteit en in de loop van de jaren is de sociale veiligheid niet beter geworden, maar helaas alleen maar slechter.
Gelukkig hebben we ook veel goede leidinggevenden.
We hebben op papier goede regelingen, echter, zoals we allemaal weten is papier geduldig. Het gebruik van al die regelingen is echter, om het in goed Nederlands te zeggen ‘naatje pet’.
In het nieuwe sociale veiligheidshuis dat nu wordt ingericht door het CvB gaan alle regelingen onder de loep genomen worden. Ik wacht af, maar ik heb er, eerlijk gezegd, weinig vertrouwen in dat dit alle problemen gaat oplossen.
Ik heb het geluk om een fantastische leidinggevende te hebben; en ook de twee vorige leidinggevenden waren super! Het zijn ook mensen die niet gewoon je ‘baas’ zijn, maar die in een team meedraaien als meewerkend voorvrouw/-man; die mensen weten wat je doet want ze doen hetzelfde werk; ze komen dezelfde problemen tegen en samen maak je er wat van; je kunt met ze praten over alles en het maakt niet uit dat je een andere mening hebt; ze luisteren naar je en vinden het niet erg om op hun mening terug te komen. En ook als je onzin vertelt, dan maakt dat niet uit.
Natuurlijk heb ik in de vele jaren dat ik hier werk ook een paar, laat ik maar zeggen, niet zo’n beste bazen gehad. Ik ben ik 1978 begonnen bij de universiteit en ik mag nog 3 jaar en 1 maand doorgaan. Dan heb ik er bijna 50 jaar op zitten. Ik zit vanaf halverwege de jaren negentig in de medezeggenschap; ik heb me kandidaat gesteld voor de eerste ondernemingsraad van de RU, tegen de zin van mijn toenmalige baas. Sinds die eerste OR ben ik nooit meer uit de medezeggenschap geweest. Afgezien van een handvol jaren ben ik altijd OR-lid geweest en ik ben al onafgebroken lid van de OC FNWI vanaf ergens begin 21ste eeuw. Ik ben, zoals het een goed medezeggenschapper betaamd, ‘een luis in de pels van de baas’; en daar ben ik trots op.
Anoniem schreef op 27 maart 2024 om 14:46
Veel dank voor de adviezen aan mij Nancy. Dat je weggaat is een moedig maar triest besluit.
Heel herkenbaar helaas de andere reacties, commissies die slecht -lees gestuurd- onderzoek uitvoeren en men komt ermee weg.
M van der Zwaag schreef op 27 maart 2024 om 17:37
Ik was in mijn OR-tijd, 2018-2020, woordvoerder op dit punt, en herinner me helaas vooral de weigerachtigheid om een melding over een werknemer te zien als een melding over eenheid, een voortekenvan een van de punten die mevrouw Viellevoye noemt.
Bedankt voor uw inzet, mevrouw Viellevoye.
Voor de veiligheid anoniem schreef op 28 maart 2024 om 10:49
Angst? Zelfs jaren na mijn vertrek ben ik nog bang om te reageren. De geniepige wraakzucht van veel leidinggevenden is enorm. Een weerwoord, hoe goed onderbouwd ook, wordt vrijwel nooit op prijs gesteld en al helemaal niet in dank afgenomen en heeft altijd nare gevolgen. Ik begrijp de anonieme reacties heel goed.
medewerker Eindhoven University of Technology schreef op 5 april 2024 om 15:12
Beste Radboudianen,
Wat triest dat de Ombuds er voor heeft moeten kiezen haar rol neer te leggen. Helaas zijn veel van de geschetste problemen ook herkenbaar binnen de TU/e. Veel hiërarchische problemen binnen universiteiten die zich profileren als een platte organisatie. Mogelijk kunnen de gezamenlijke OR/URen van de Nederlandse universiteiten de handen ineen slaan en een overkoepelende brandbrief sturen om de sociale veiligheid aan de orde te stellen en het falen van de betreffende universiteiten op dat gebied in het daglicht te brengen.