‘We hoeven ons in ieder geval geen zorgen te maken over introcest’

13 aug 2020

De mentoren krijgen dit jaar tijdens de introductie misschien nog wel een zwaardere taak op hun schouders dan andere jaren. Want hoe houd je zo’n digitale introductie een beetje gezellig, als iedereen achter zijn computer zit? Vandaag kregen ze een training.

De overheidsrichtlijnen zijn duidelijk: introducties van universiteiten moeten vrijwel volledig online. De deuren van disputen en verenigingen blijven gesloten en sportdagen en introfeestjes zijn afgelast. Daarvoor komt in de plaats een grotendeels digitaal programma, met een lezing van André Kuijpers, pubquizzen en andere spelletjes. De vergunning voor een sobere informatiemarkt in het Goffertpark, waar studentenorganisaties zich zouden kunnen presenteren, laat nog op zich wachten. Het aantal introductiedagen is teruggeschroefd van een dikke week naar vier dagen.

Dilemma’s

‘Maar wat nu als drie introdeelnemers op eigen initiatief besluiten om met een biertje in het park te gaan zitten?’ In een onderwijszaaltje van het Elinor Ostromgebouw gooit Bo van Maanen de vraag in de groep. De rechtenstudente is een van de trainers van de mentoren en begeleidt vandaag de discussie met acht toekomstige mentoren. Zelf was ze vorig jaar mentormama. Haar vraag wordt met een lange stilte beantwoord.

Hoewel de richtlijnen van de overheid weinig ruimte voor interpretatie overlaten, brengt het coronavirus toch een hoop dilemma’s met zich mee, zo laat ook Van Maanens vraag zien. Hoeveel vrijheid geven mentorpapa’s en -mama’s hun kindjes? En hoe verantwoordelijk zijn ze voor hen op afstand? Wat te doen met een deelnemer die op vakantie is geweest in een ‘oranje’ gebied en daarna niet in quarantaine ging? Of met iemand die verkouden bij een ontmoeting in Nijmegen aankomt?

‘Wat nu als drie introdeelnemers besluiten met een biertje in het park te gaan zitten?’

Koos Franssen, afgestudeerd neerlandicus en nu een van de ‘oppertrainers’ tijdens deze dag, laat desgevraagd weten dat alle mentoren nog een hand-out krijgen met daarop de regels die de GGD opstelt. Er staat bijvoorbeeld in wat mentoren moeten doen als een van hun kindjes corona heeft en hoe om te gaan met deelnemers die net terugkomen uit een coronarisicoland. ‘Een andere regel is dat activiteiten van de introductie tot tien uur ’s avonds mogen duren en dat er geen alcohol geschonken wordt. Als deelnemers elkaar opzoeken voor een biertje… tja. Dat is gewoon niet de bedoeling.’

Alcohol

Van Maanen, tijdens de pauze, in een stille gang van het Elinor Ostromgebouw: ‘Toen ik me aanmeldde als trainer tijdens deze dag, verwachtte ik dat het vooral over alcohol zou gaan. Maar dat was vóór de coronacrisis.’ Dat de introductie er zó zou uitzien, had natuurlijk niemand verwacht. ‘Maar goed, we hoeven ons in ieder geval geen zorgen te maken over introcest’, zegt ze lachend.

Misschien nog wel het belangrijkste dilemma dat boven de digitale intro hangt: hoe maken we die een beetje leuk? ‘Ja, da’s een goede vraag’, zegt Jente Rozeboom, die een introgroepje bij pedagogische wetenschappen onder haar hoede krijgt. ‘Het is een uitdaging. Het wordt zo leuk als je het zelf maakt, denk ik. Het zal draaien om het stimuleren van interactie. Dat de kindjes na vier dagen toch het gevoel hebben dat ze iets met elkaar hebben opgebouwd.’

Groepsleider Bo van Maanen denkt dat de introductie toch nog van waarde kan zijn voor de nieuwe studenten, maar dat het echte leren kennen in real life moet gebeuren. ‘Dat je elkaar straks in de collegebanken in ieder geval herkent. Zelf vond ik het begin van mijn studie ook spannend – je hoopt toch dat ten minste iemand hebt om naast te gaan zitten tijdens colleges.’ Mochten de richtlijnen het toelaten, dan zou een soort tweede introductie, later in het jaar en mét fysieke activiteiten, een goed idee zijn, vindt Van Maanen.

‘Het zal voor eerstejaars hoe dan ook moeilijk worden om elkaar te leren kennen’, vult Colette Reniers (cognitive neuroscience) aan. ‘Terwijl je steeds vaker verhalen over eenzame studenten hoort. Ik had het er nog met vriendinnen over dat ik serieus een tussenjaar zou overwegen als ik nu van het vwo zou afkomen.’ Om de introductie toch een beetje gezellig te maken is Reniers van plan om met haar collega-mentoren samen te gaan zitten en zo de digitale activiteiten te doen. ‘Wel op anderhalve meter afstand, hoor’, voegt ze daar snel aan toe.

Wat betreft het leren kennen van mensen heeft Van Maanen, die zelf lid is bij dispuut D.R.A.A.K., nog wel een advies: blijf niet thuis op de bank zitten. Word actief. ‘De verenigingen hebben hun aanmeldingen gewoon openstaan, al kunnen zij nu geen ontgroeningen doen. Maar meld je in ieder geval aan bij je studievereniging. Dat is heel laagdrempelig en er komen allemaal leuke activiteiten.’

1 reactie

  1. F Heijmans schreef op 19 augustus 2020 om 16:49

    En geef je natuurlijk op bij een sportvereniging, cultuurverandering of bij ASAP/AKKUraatd

Geef een reactie

Vox Magazine

Het onafhankelijke magazine van de Radboud Universiteit

lees de laatste Vox online!

Vox Update

Een directe, dagelijkse of wekelijkse update met onze artikelen in je mailbox!

Wekelijks
Nederlands
Verzonden!