Geen flauw idee wat je moet gaan doen deze week? Vrees niet. Onze uitgaanstipgevers slepen je de week door. Deze week de museumtips van Joep Sistermanns.

In het verleden ging je voetbal kijken in Van Rijn, N.EC. steunen in de Goffert en eten bij Wally’s. Ik hoor je denken: hoe komt Joep Sistermanns toch aan die geweldige tips? Kan dit nog beter? Het antwoord is simpel, maar vooral geruststellend: ja, het kan beter. De rek is er nog steeds niet uit, beste Vox-lezers. Ben je al eens in het fietsmuseum geweest, in Nijmegen? Nee? Wacht, je wist helemaal niet dat er een fietsmuseum was? Ah. Maar je komt toch uit Nijmegen?
Aan onze allereigenste Waalkade is Neerlans’ nationale fietsmuseum gelegen, ‘het Velorama ‘. Het is de vijf euro entreegeld meer dan waard. We zien fietsen uit het begin van de negentiende eeuw tot aan fietsen van nu. Tandems en hoogzitters, laagzitters en vrouwenfietsen, fietsen met houten wielen, fietsen met ijzeren wielen, fietsen met gaslampen, fietsen met geluidsinstallaties, fietsen die werden gebruikt in de eerste wereldoorlog, oude fietsen van de Oranjes en zelfs de gecrashte Tour de France-fiets van Wim van Est is te bewonderen. De hele geschiedenis van ons favoriete vervoermiddel komt voorbij, in een monumentaal pand op drie verschillende verdiepingen.
“Zeventig meter viel ik diep; mijn hart stond stil, maar mijn Pontiac liep..” Toegegeven: toen ik zelf hoorde over het Velorama, was ik niet direct overtuigd. Maar ik heb me laten overhalen en geloof mij: daar ben ik tot op de dag van vandaag blij om. Het nationale fietsmuseum is hands down één van de leukste musea waar ik ooit ben geweest en één van de best bewaarde geheimen van Nijmegen – van Nederland zelfs, zo u wilt. Als eerste date, als luie zondagmiddagvulling of als educatieve trip: het maakt niet uit. Gewoon gaan. Heb ik je ooit teleurgesteld?