Wrm jongeren wrdn afkrten in berichtn
Hoe wijkt de ‘digi-taal’ die jongeren op nieuwe media gebruiken af van het Standaardnederlands? Dat onderzoekt Lieke Verheijen, promovendus bij het Centre for Language Studies en de afdeling Nederlandse Taal en Cultuur. Waarom ‘niks’ verandert in ‘nix’ en ‘jongen’ in ‘jonguh’.
Er wordt tegenwoordig flink op los gewhatsappt. Maar wat voor invloed heeft dat op het taalgebruik van jongeren? Dat is een van de vragen die taalwetenschapper Lieke Verheijen bezig houdt bij haar promotieonderzoek. ‘Het taalgebruik in die berichtjes kan behoorlijk afwijken van het Standaardnederlands, maar er zitten wel bepaalde talige patronen in. Zo worden woorden vaak op fonetische wijze geschreven: ‘niks’ verandert in ‘nix’ en ‘jongen’ in ‘jonguh’. Ook worden letters in het midden van woorden weggelaten, ‘inderdaad’ is dan bijvoorbeeld ‘idd’. Of het laatste stuk van het woord wordt weggelaten; zo schrijven ze vaak ‘eig’ in plaats van ‘eigenlijk’.’
Herhalen
Volgens Verheijen komt dat deels door de technologische beperkingen van typen op een smartphone, maar mensen proberen ook het gebrek aan nuance in geschreven teksten te compenseren. ‘Je ziet dat mensen letters herhalen om ergens extra nadruk op te leggen, of alles in hoofdletters spellen.’
De promovendus heeft al sms’jes, tweets en oldskool MSN-berichten geanalyseerd. ‘Omdat WhatsApp nu zoveel wordt gebruikt, wil ik dat ook in mijn onderzoek betrekken.’ Een volgende stap in haar onderzoek zal het verzamelen van Facebookposts zijn.
Ze heeft het idee dat de ‘digi-taal’ ook invloed heeft op spreektaal. ‘Ik doe er geen onderzoek naar, maar je hoort wel steeds vaker ‘effe’ (ff) in plaats van ‘even’, en ‘OMG’ in plaats van ‘oh my God’.
Sneller communiceren
De komst van WhatsApp heeft wel de noodzaak tot afkorten weggehaald. Waar sms’jes maar 160 tekens mogen bevatten en tweets zelfs maar 140, kun je van je appjes eindeloze epistels maken. ‘Toch zie je dat het nog steeds gebeurt, net als op MSN Messenger, waar ook geen karakterlimiet was. Wel worden daar vaker letters herhaald; dat verwacht ik ook bij WhatsApp. Een ingekort woord zorgt er natuurlijk wel voor dat je sneller kunt communiceren. Dat is een afweging die je als verzender moet maken. Het zal uit mijn onderzoek moeten blijken wat belangrijker gevonden wordt.’
Het onderzoek richt zich niet alleen op tikkende studenten, maar op een zo breed mogelijke groep jongeren van 12 t/m 23 jaar. ‘Tot nu toe lijkt het er op dat scholieren meer afwijken van Standaardnederlands dan studenten. Pubers zetten zich natuurlijk graag een beetje af tegen de maatschappij en het zou goed kunnen dat ze dat ook in hun taalgebruik doen.’ /Timo Nijssen
Verheijen is nog op zoek naar mensen die hun WhatsApp-chats willen doneren aan de wetenschap. Instructies daarvoor staan op haar website. Je kunt er cadeaubonnen mee winnen.