Zicht op de Nederlander in den vreemde
Vrijwel overal ter wereld zijn ze te vinden: Nederlanders. Vakantiegangers natuurlijk, maar ook mensen die zich permanent elders hebben gevestigd. Nicoline van der Sijs, hoogleraar Nederlandse taalkunde, wil een wereldwijd netwerk opzetten van die geëmigreerde Nederlandstaligen (dus ook Vlamingen). Want hoe verandert hun taalgebruik na verloop van tijd?
Vanuit haar kantoor in het Erasmusgebouw onderhoudt Nicoline van der Sijs contact met Nederlanders in Australië, de Verenigde Staten, Zuid-Afrika. ‘Ja, ik ben echt een spin in een wereldwijd web. Hartstikke leuk.’
De hoeveelheid contacten die ze nu onderhoudt staat echter in schril contrast met het brede netwerk dat het uiteindelijke doel is van het project ‘Vertrokken Nederlanders’. ‘Een precies getal van het aantal mensen waar het uit moet bestaan heb ik niet in mijn hoofd, maar we denken inderdaad groot. Dat je straks ook selecties kunt maken, bijvoorbeeld: geef mij alle tweedegeneratie Nederlanders in Angelsaksische landen.’
Van der Sijs, die tevens voor het Meertens Instituut werkt, gaat op 1 juli van start met een pilot, die tot het einde van het jaar loopt. De Taalunie geeft daarvoor een startsubsidie, en ook het Meertens Instituut draagt bij. In die periode zal Van der Sijs met collega’s een zo ruim mogelijk netwerk aanleggen – daarna hoopt ze met grotere subsidies grootschalig onderzoek rond het project op te kunnen zetten.
Burgerwetenschap
Bijzonder aan het project is dat er een belangrijke rol weggelegd is voor burgerwetenschappers. Van der Sijs werft vrijwilligers in het buitenland die willen helpen bij het uitbreiden van het netwerk en het uitvoeren van onderzoek. Informanten moeten worden benaderd en interviews afgenomen. Via Facebook en een website onderhoudt ze contact met de burgerwetenschappers.
Als het netwerk er komt, en daar gaat Van der Sijs vanuit, levert dat een schat aan informatie op. Zelf is ze historisch taalkundige en dus geïnteresseerd in de vraag hoe de grammatica van Nederlanders en Vlamingen in het buitenland verandert. ‘Want taalcontact brengt taalverandering’, zegt Van der Sijs. ‘Zo zie je bijvoorbeeld dat de grammatica van Nederlanders in de VS regelmatiger wordt. De taal wordt simpeler gemaakt.’
Maar ze ziet ook aanknopingspunten voor wetenschappelijke vragen vanuit andere disciplines. ‘Historici zijn misschien geïnteresseerd in het waarom van een emigratie, terwijl letterkundigen willen weten welke boeken Nederlanders in het buitenland lezen. Etnologen kunnen onderzoeken hoe emigranten hun Nederlandse identiteit nog uitdrukken.’
Emigratie
Het aantal Nederlanders dat jaarlijks zijn koffers pakt en zich in het buitenland vestigt, is aanzienlijk. In 2017 waren dat er, volgens het CBS, 151 duizend. Dat is minder dan het aantal immigranten dat zich in Nederland vestigde: 233 duizend. De bekendste Nederlandse emigratiegolf was in de jaren na de Tweede Wereldoorlog. Ongeveer een half miljoen ‘gelukzoekers’ vertrokken naar landen als Canada en de VS.
Jacqueline Troost schreef op 5 juni 2018 om 16:15
Het lijkt me een heel interessant onderzoek. Wij zijn in december 1958, na 11 jaar in Indonesie en een evacuatie daarvandaan, naar Zuid-Afrika vertrokken en wonen al die jaren al in Kaapstad.
Zijn altijd Nederlands blijven spreken, ook met onze zes kinderen en zelfs een paar van de 16 kleinkinderen. Uiteraard is het Engels daarnaast onze andere ‘eerste taal’ geworden.
Rob van Driesum schreef op 5 juni 2018 om 17:24
Dag Nicoline,
Ja, ik doe graag mee (lees ook altijd jouw stukken in Onze Taal). Ik ben in Azie en Afrika opgegroeid met Nederlandse ouders, heb 18 jaar in Nederland gewoond (middelbare school en universiteit) en ben daarna naar Australie vertrokken (25 jaar lang). Woon nu na vier jaar Maleisie ruim vier jaar in Vietnam, met een Australische vrouw en bijna tien-jarige dochter die redelijk goed Nederlands spreekt. Onze dochter gaat hier 2,5 uur per week naar de Nederlandse school — schandalig hoe de subsidie voor dit onderwijs is teruggeschroefd, bij de Fransen blijft het gratis. Ik heb wel wat ideeen over het Nederlands van immigranten in Australie uit de jaren 50, met hun inmiddels krakkemigge Nederlands maar nog altijd steenkolen Engels. Mijn eigen Nederlands is blijven steken in de begin jaren 80 toen ik vertrok, merk ik ieder jaar weer als ik even naar Nederland kom.
Laat maar weten hoe of wat.
Groet,
Rob
Margaretha Hedlund schreef op 5 juni 2018 om 19:42
Dat lijkt me een heel interessant onderzoek worden. En ja, je vergeet wel eens hoe een woord gespeld wordt. Ik schaamde me dood, toen iemand me er op wees, dat ik kauwen met ”ou” had geschreven in een mail. Ik woon al 57 jaar in Zweden en zeg vaak voor de grap, dat ik nog wel Nederlands spreek, maar autorijden kan ik alleen in het Zweeds. Daar is de laatste 20 jaar de hantering van de computer nog bij gekomen. Nieuwe woorden en uitdrukkingen begrijp je soms wel maar niet altijd precies. Mijn zoon spreekt geen Nederlands. In de zestiger jaren werd hier tweetalige opvoeding niet precies aanbevolen.
Helen de Louwere schreef op 19 juni 2018 om 13:19
Beste Nicoline,
IK ben in Nederland opgegroeid maar woon sinds 1991 in Duitsland. Ik houd me actief met het Nederlands bezig, o.a. door het geven van cursussen aan de Volksuniversiteit.
Ik doe graag mee met het onderzoek.
Hartelijke groeten
Helen de Louwere
Nicoline van der Sijs schreef op 19 juni 2018 om 14:48
Dank jullie wel voor jullie reacties, leuk dat jullie mee willen doen. Indien mogelijk, meld je even aan bij de facebookgroep Vertrokken Nederlands, daar komen nadere berichtjes. https://www.facebook.com/groups/373691686482941/
Heb je geen facebook, stuur me dan een berichtje ([email protected]).
Nicoline van der Sijs
Rob schreef op 2 oktober 2018 om 17:20
Hallo Nicoline,
Ik doe geen Facebook — of “Myface” zoals ik het vroeger noemde, al begrijpen velen tegenwoordig die woordspeling niet meer.
Ik doe wel grag mee aan jouw onderzoek als dat kan zonder Facebook.
Groet,
Rob
Frank Engelen schreef op 16 april 2024 om 11:42
Rob, ik wil graag contact, het gaat over wijlen je oom Sjoerd. too1603 at organizers,nl
Frank Engelen
(Jan) en Marian Weststrate schreef op 16 november 2018 om 20:59
Leuk onderzoek! Wij wonen nu 11 jaar in Nieuw Zeeland en realiseren ons dat we vooral gezegdes ‘ kwijt raken’ . Samen spreken we Nederlands en mengen er lustig op los. Soms vraagt met of ik in het NL of Engels denk? Ik denk dat ik het beiden doe. Wij zijn beiden actief met uitwisselingen NZ/ NL in de gezondheidszorg . Werk als verpleegkundige en kom veel geëmigreerde NL tegen. Doe mee hoor. Stuur gerust email met meer vragen, ik vind dit niet de plek om meer uit te wijden of is het weiden:) dat ligt eraan of het poëtisch is, zoals de grote groene weide, maar ws betekent het hier verbreden dus wijder.. 🙂