Voor ondersteuning en onderhoud aan de facultaire pc-werkplekken moeten studenten en medewerkers voortaan naar de centrale Gebruikersdienst ICT (GDI). Bètastudenten en de facultaire IT-afdeling CNCZ zijn kritisch over dit besluit. Ten onrechte, volgens de GDI.

Ben Polman, medewerker Computer- en Communicatiezaken bij CNCZ en ondernemingsraadslid, spreekt van een ‘gedwongen verkoop’. ‘Vanuit managementoogpunt is het vast handig om één club en één aanspreekpunt te hebben, maar vanuit de werkvloer is dat zeer de vraag. Het bedrag dat GDI voor een werkplek rekent, is veel hoger dan wat de faculteit aan kosten maakt. Daar is helemaal niet naar gekeken. Dit gaat de faculteit tonnen per jaar kosten.’

Aan de bel trekken
Lid van de facultaire studentenraad Laurens Lambert snapt het besluit tot centralisatie, maar benadrukt dat het niet ten koste moet gaan van de ondersteuning. ‘Studenten informatica en scheikunde werken met bepaalde programma’s die specifieke eisen stellen aan een pc-werkplek. Als blijkt dat het GDI daarvoor niet de kennis in huis heeft, raakt dat de onderwijskwaliteit van de bètafaculteit. Als studentenraadslid volg ik deze ontwikkeling daarom op de voet en zal bij twijfel zeker aan de bel trekken.’

Hoofd GDI Loes Builtjes heeft begrip voor de angst bij de bètafaculteit, maar benadrukt dat het GDI de standaardisering wil oppakken in overleg met CNCZ. ‘Ik ga voor goede samenwerking. Natuurlijk heeft iedere faculteit haar eigen softwarepakketten nodig. En we houden de ondersteuning zoveel mogelijk op locatie, zodat studenten adequaat snelle hulp kunnen krijgen.’

11.000 softwarepakketten
Volgens Builtjes is standaardiseren van ICT-ondersteuning en -onderhoud hard nodig binnen de universiteit. ‘Studenten moeten op iedere werkplek terecht kunnen’, is de leus. Centralisatie levert uiteindelijk ook kostenvoordeel op. Builtjes: ‘Op de universiteit zijn nu 11.000 softwarepakketten en verschillende versies. Als we dat gezamenlijk inkopen, kunnen we de onderhoud- en licentiekosten fors terugbrengen. Zijn er om functionele redenen meer versies nodig, dan kan dat natuurlijk. Standaardiseren wil niet zeggen dat iedere werkplek exact hetzelfde is.’

Inmiddels zijn 5300 werkplekken overgegaan naar het GDI. Daar is universiteitsbreed een gemiddeld tarief uitgekomen. Studentenwerkplekken zijn goedkoper dan medewerkerplekken. ‘De komende jaren gaan die tarieven alleen maar omlaag’, zegt Builtjes. ‘Het is ook lastig te zeggen hoe de toekomst eruitziet. Waarschijnlijk neemt het aantal werkplekken af omdat steeds meer studenten een laptop gebruiken. Dat betekent dat we andere investeringen moeten gaan doen, bijvoorbeeld meer stopcontacten maken.’ /Tefke van Dijk