Opinie

Hoogleraar Staatsrecht: ‘Ernstig wangedrag moet reden zijn tot ontslag’

03 okt 2023

OPINIE - Preventieve maatregelen zijn niet genoeg om grensoverschrijdend gedrag tegen te gaan. De universiteit moet simpelweg strenger optreden bij misstanden. Dat schrijft hoogleraar Staatsrecht Paul Bovend’Eert. ‘Zorg voor adequate handhaving van gedrags- en integriteitsregels.’

Afgelopen zaterdag besteedde De Gelderlander onder de kop ‘Wat is er mis op de Radboud Universiteit?’ in een weinig genuanceerde achtergrondreportage uitgebreid aandacht aan grensoverschrijdend gedrag en een vrouwonvriendelijke cultuur aan de Radboud Universiteit. Het artikel vermeldde allerlei voorbeelden van vrouwonvriendelijk gedrag en achterstelling. Het grensoverschrijdend gedrag door seksuele intimidatie vormde een aspect hiervan. Ik beperk me hierna tot deze categorie ongewenst gedrag. De door De Gelderlander op een rij gezette incidenten hadden in alle gevallen betrekking op voorbeelden van grensoverschrijdend gedrag door seksuele intimidatie.

Paul Bovend’Eert. Foto: RU

In de achtergrondreportage werd ook ruimte geboden voor een reactie van de Radboud Universiteit. Daarin werd geschetst dat de universiteit de organisatie van vertrouwenspersonen heeft geprofessionaliseerd en inmiddels twaalf gecertificeerde vertrouwenspersonen heeft aangesteld. Ook is geïnvesteerd in het bevorderen van meldingen bij vertrouwenspersonen. Daarnaast wordt veel gedaan aan preventie (ombudsfunctionarissen), gesprekken over het thema en het creëren van een aanspreekcultuur. Wat mij opviel aan de reactie van de universiteit was dat buiten beschouwing bleef hoe de universiteit optreedt tegen personen die over de schreef gaan.

Gezond verstand

In het artikel van De Gelderlander werd door betrokkenen opgemerkt dat vertrouwenspersonen aardige mensen zijn, maar ze zijn niet onafhankelijk en ze kunnen niet meer dan een luisterend oor bieden. Ik denk inderdaad dat vertrouwenspersonen maar een beperkte bijdrage kunnen leveren aan integriteitsbevordering en het tegengaan van grensoverschrijdend gedrag in een organisatie. Ik begrijp ook niet zo goed waarom de aanstelling van heel veel vertrouwenspersonen in dit verband een oplossing biedt en prioriteit heeft.

Als het gaat om grensoverschrijdend gedrag en seksuele intimidatie hoeft het op zichzelf ook niet zo heel nodig te zijn om allerlei voorlichtingsactiviteiten te ontplooien. Iedereen met gezond verstand, werkzaam aan een universiteit, moet kunnen beseffen dat hij of zij collega’s en studenten met respect moet behandelen en zich moet onthouden van gedragingen die neerkomen op seksuele intimidatie.

Ik ben ervan overtuigd dat verreweg de meeste medewerkers en studenten gezond verstand bezitten en zich ten opzichte van elkaar fatsoenlijk gedragen, een zekere gepaste afstand bewaren en zich ervan bewust zijn dat er bepaalde afhankelijkheidsrelaties (student-docent, medewerker-hoogleraar) kunnen zijn die vragen om prudentie in de omgang. Helaas is de realiteit dat er in een grote organisatie, zoals een universiteit, altijd personen rondlopen die zich de fatsoensnormen niet eigen hebben gemaakt en zich schuldig maken aan wangedrag in de vorm van seksuele intimidatie.

Effectieve maatregelen

Het is zaak om ervoor te zorgen dat studenten en medewerkers in een veilige omgeving kunnen functioneren en dat zij, wanneer zij onverhoopt te maken krijgen met wangedrag, gehoor vinden en daadwerkelijk zien dat effectieve maatregelen getroffen worden die een einde maken aan het wangedrag én recht doen aan de ernst van het wangedrag. De enige weg om dit doel te bereiken is te zorgen voor een adequate handhaving van gedragsregels en integriteitsregels.

De afgelopen jaren heb ik een deel van mijn onderzoek toegespitst op integriteitsbevordering en -handhaving bij (politieke) overheidsinstellingen. Bij deze overheidsorganisaties pleegt men fraaie gedragscodes op te stellen maar de handhaving ervan schiet nogal eens tekort. De Radboud Universiteit beschikt al een aantal jaren over een klachtenregeling ongewenste omgangsvormen. Daarin wordt veel aandacht besteed aan de vertrouwenspersonen, maar er is ook een onafhankelijke klachtencommissie ingesteld die rapporteert over klachten van medewerkers en studenten.

Hoor en wederhoor

Het is denk ik raadzaam dat studenten of medewerkers die geconfronteerd worden met wangedrag in de vorm van seksuele intimidatie niet volstaan met het raadplegen van een vertrouwenspersoon, maar zoveel mogelijk een klacht indienen bij de onafhankelijke klachtencommissie. De procedure in de klachtenregeling voorziet in elementaire eisen van een behoorlijke rechtsgang. Hoor en wederhoor (geen anonieme klachten!) is hierbij van groot belang. Het is eveneens raadzaam dat de klachtencommissie, wanneer een klacht gegrond is, tevens een voorstel doet voor het opleggen van een maatregel.

Foto: Diede van der Vleuten

Het college van bestuur, dat uiteindelijk de maatregel treft, dient daarbij de ernst van wangedrag te onderkennen. Is er sprake van een licht vergrijp, dan kan volstaan worden met een  waarschuwing of berisping. Betreft het echter ernstig wangedrag, dan zal dat gedrag vergaande rechtsgevolgen hebben voor de betrokkene.

De door De Gelderlander vermelde incidenten bij enkele faculteiten vestigen de indruk, tenminste als de verhalen juist zijn, dat wellicht in een aantal gevallen te lankmoedig is opgetreden tegen bepaalde medewerkers die zich schuldig maakten aan vormen van ernstige seksuele intimidatie. Dergelijk ernstig wangedrag dient zonder meer een ontslaggrond te zijn. In die zin draait het bij grensoverschrijdend gedrag door seksuele intimidatie niet zozeer om een cultuurverandering maar om krachtdadig optreden van de verantwoordelijke autoriteiten.

Transparantie

Ten slotte is het de vraag op welke wijze rekenschap gegeven moet worden bij het treffen van maatregelen wegens wangedrag. In het algemeen ligt het voor de hand dat een klachtenprocedure betreffende grensoverschrijdend gedrag gelet op de aard en inhoud van de klacht vertrouwelijk is. Vertrouwelijkheid zal doorgaans in het belang zijn van het slachtoffer van seksuele intimidatie.

‘Bij klachten over bestuurders is transparantie onontkoombaar’

Het college van bestuur dient wel in geobjectiveerde vorm verslag uit te brengen over de klachten en de getroffen maatregelen. Bij klachten over (facultaire of universitaire) bestuurders ligt het in de rede enige openheid van zaken te bieden, zodat in ieder geval duidelijk wordt dat er een klacht is ingediend en wat de maatregel van het college van bestuur is. Als het gaat om klachten betreffende bestuurders is transparantie denk ik onontkoombaar.

Paul Bovend’Eert is hoogleraar Staatsrecht

Leuk dat je Vox leest! Wil je op de hoogte blijven van al het universiteitsnieuws?

Bedankt voor het toevoegen van de vox-app!

2 reacties

  1. Alumna rechtswetenschappen schreef op 4 oktober 2023 om 10:18

    Het zou fijn zijn als deze hoogleraar staatsrecht er ook nog even bij vermeldt op welke wettelijke bepalingen en regelingen hij zijn betoog baseert.

Geef een reactie

Vox Magazine

Het onafhankelijke magazine van de Radboud Universiteit

lees de laatste Vox online!

Vox Update

Een directe, dagelijkse of wekelijkse update met onze artikelen in je mailbox!

Wekelijks
Nederlands
Verzonden!