De lessen van Srebrenica: ‘dit kan weer gebeuren’

27 jan 2017

Dit nooit meer. Dat gevoel overheerste in Europa na de Tweede Wereldoorlog. Maar in 1995 was daar Srebrenica, een nieuwe genocide op Europees grondgebied. Studenten sociale geografie van de Radboud Universiteit reisden naar deze plek. Hun docent waarschuwt: ‘De geschiedenis kan zich herhalen.'

Stilte overheerst op de begraafplaats in Srebrenica, waar meer dan 6.000 Bosnische mannen en jongens begraven liggen. Student Olivier Korthals Altes (25) schuift de sneeuw aan de kant die de namen van de slachtoffers bedekt. De geboortejaren verraden dat veel slachtoffers jonger waren dan hij.

De ziel van het stadje Srebrenica heeft de genocide van 1995 niet overleefd: in totaal zijn bij dat drama, dat onderdeel uitmaakte van de Bosnische oorlog, meer dan 8.000 mensen vermoord. Families zijn uit elkaar gerukt, en veel van de bewoners die wél wisten te ontkomen aan het geweld, zijn nooit teruggekeerd. Ze durven niet, of hebben het geld niet. Wat rest is een stil plaatsje. Huizen waar de lampen wel branden staan naast kapotte huizen zonder ramen, karkassen die herinneren aan wat Srebrenica ooit was: een rijk bergstadje in het hart van Joegoslavië.

Korthals Altes is een van de Nijmeegse studenten van de master Conflicts, Territories and Identities, onderdeel van sociale geografie. De groep is een week in Bosnië en Herzegovina om met eigen ogen te zien waar oorlog toe kan leiden. Hij was al vaker in Srebrenica, vertelt hij, en wist wat hij kon verwachten. Voor Benthe Guezen (23) was dat niet zo. “Ik voel vooral onbegrip: hoe heeft dit kunnen gebeuren? Het had anders moeten aflopen. Dat maakt me echt boos.”Mathijs Noij

Srebrenica wordt niet alleen voor Bosnië en Herzegovina gezien als een zwarte bladzijde, maar ook voor Nederland. Het Nederlandse leger had, onder de vlag van de Verenigde Naties, boots on the ground in Srebrenica om de lokale moslimbevolking te beschermen tegen het oprukkende Bosnisch- Servische leger. Toen de Serviërs daadwerkelijk met hun tanks de veilig verklaarde enclave Srebrenica binnenreden, stonden de Nederlanders met hun lichte bewapening machteloos. Voor hun ogen werden duizenden moslims afgevoerd, die vervolgens systematisch werden vermoord.

Tegenover de begraafplaats, aan de andere kant van de weg, staat de oude accufabriek die tijdens de oorlog het onderkomen was van Dutchbat, het Nederlandse bataljon. De lege fabriekshal dient nu als expositie- en herdenkingsruimte, waar de Nederlanders er niet flatteus vanaf komen. Een van de getoonde foto’s toont Dutchbat-commandant Thom Karremans die in Srebrenica een borrel drinkt met generaal Ratko Mladic van de Bosnisch-Servische troepen. Mladic wordt ook wel ‘de slager van Srebrenica’ genoemd. In de fabriekshal zijn bovendien racistische teksten te lezen die de Nederlandse soldaten achterlieten: No teeth…? A mustache…? Smells like shit…? Bosnian girl!

Guezen: “Ik was er van tevoren bang voor dat ik mij schuldig zou voelen om Srebrenica te bezoeken. Gek eigenlijk, aangezien ik persoonlijk niks met de gebeurtenis te maken had. Maar het waren toch Nederlanders, hè?”

Verdeeld
De Bosnische oorlog woedde tot 1995 en heeft diepe sporen achtergelaten in het land. Het Bosnië en Herzegovina van vandaag wordt gedeeld door de drie etnische groepen die tegen elkaar vochten in de oorlog: de Bosnische moslims (ook wel Bosniakken genoemd), de Bosnische Serviërs en de Kroaten. Tussen die groepen heerst nog altijd veel spanning. “Het land is sterk verdeeld”, zegt antropoloog en conflictwetenschapper Mathijs van Leeuwen, die samen met politiek geograaf Henk van Houtum de studenten begeleidt tijdens hun reis. “Neem de hoofdstad Sarajevo, waar de drie etnische groepen voorheen door elkaar leefden. Na de oorlog is die stad sterk gesegregeerd: er wonen nu bijna alleen nog maar moslims. De Serviërs zijn verhuisd.”

Bosnië verandert langzaam, vertelt Van Leeuwen. Te langzaam, vinden veel bewoners. “De werkloosheid is enorm. Burgers hebben weinig vertrouwen in hun politici, die zich blind staren op de etnische verschillen en de echte problemen niet aanpakken. Het heeft een verlammende werking op politiek. Onderling wantrouwen overheerst.”Margriet Rozema (7)

De Bosnische samenleving is gebaseerd op die etnische verschillen. Bosnië en Herzegovina is sinds het vredesakkoord in 1995 verdeeld in twee delen: een deel waar de Serviërs de meerderheid vormen, en een deel waar vooral de Bosnische moslims en Kroaten wonen. De voormalige frontlinie is de grens tussen de twee gebieden. Het land kent niet een, maar drie presidenten, namelijk van elke etnische groep een. De Bosniërs moesten tijdens de laatste bevolkingstelling aanvinken tot welke groep zij behoorden: een overstijgend vakje ‘Bosnisch’ behoorde niet tot de mogelijkheden. Van Leeuwen: “Sinds het einde van de oorlog zijn de etnische scheidslijnen geïnstitutionaliseerd en daarmee alleen maar scherper geworden.”

Aleppo
De laatste tijd wordt steeds vaker een vergelijking getrokken tussen Srebrenica en een recent toneel van oorlogsgeweld: Aleppo. Minister van Buitenlandse zaken Bert Koenders waarschuwde bijvoorbeeld dat Aleppo het ‘ Srebrenica van deze tijd’ dreigt te worden.

Tussen de grafstenen op de begraafplaats van Srebrenica loopt ook politiek geograaf Henk van Houtum. Hij snapt de vergelijking van Koenders wel. “Hij zegt dat natuurlijk met een politiek doel. Hij stelt daarmee het falen van de internationale gemeenschap aan de kaak, net als dat is gebeurd tijdens de val van Srebrenica.” Er zijn meer paralellen tussen de oorlogen in de Balkan en de Syrische oorlog van nu. “Ook in de jaren negentig hadden we een vluchtelingenkamp in Heumensoord bij Nijmegen. Daar zaten toen veel Joegoslaven.”

‘Het blijft belangrijk te beseffen dat hier maar een deel van het verhaal wordt verteld.’

Tegelijkertijd vertelt Koenders niet het hele verhaal. Volgens Van Houtum gebruikt hij het verhaal van Srebrenica om ons wakker te schudden over Aleppo, waar het regime van Assad samen optrekt met het Rusland van Poetin. “Maar Koenders gaat voorbij aan het aandeel dat de hele internationale gemeenschap heeft in de oorlog in Syrië.” Immers: het Westen heeft een rol gespeeld in de escalatie in Syrië. “Amerika is onder valse voorwendselen Irak binnengevallen en heeft daarmee extremisme in de regio mede veroorzaakt. En tal van Europese staten leveren wapens aan Saoedi-Arabië, dat weer wapens levert aan partijen in Syrië.”

De dikke laag sneeuw op de begraafplaats in Srebrenica is onaangetast: dit is geen oord waar veel mensen komen, ondanks de omvang van de ramp. Van Houtum heeft zo zijn eigen manier om naar de begraafplaats te kijken. “Deze plek staat symbool voor het herdenken van de doden. Ik word er stil van. Tegelijkertijd loop ik hier rond en stel mezelf de vraag: ‘welk verhaal wordt hier verteld?’”

Volgens Van Houtum hebben wetenschappers zoals hij de taak om een conflict vanuit meerdere perspectieven te bekijken en zo een beeld te schetsen van het grotere verhaal. “Herdenkingsplekken zoals deze zijn heel belangrijk als permanente nagedachtenis aan een verschrikkelijke genocide. Maar zoom ook uit: naar het conflict als geheel en de belangen die iedereen daarbij had. De Bosnische oorlog was heel complex. Het blijft belangrijk te beseffen dat hier maar een deel van het verhaal wordt verteld.”

Onderdeel van het verhaal in Srebrenica is dat de Nederlandse soldaten tekort schoten, en zich niet altijd netjes opstelden tegen de mensen die zij moesten beschermen. “Dat is vanuit de moslims bekeken zeer begrijpelijk”, zegt Van Houtum. “Maar de Nederlanders konden de genocide niet voorkomen. Ze waren te licht bewapend en wachtten tevergeefs op internationale steun. Het waren de Serviërs die de genocide hebben gepleegd, niet de Nederlanders. En de Serviërs reageerden, zo zeiden ze zelf, op het moorden door de Bosnische moslims elders.”Srebre

Doemscenario
Als Srebrenica en Syrië iets leren, is het dat oorlogen zelden lokale gebeurtenissen zijn, maar vaak verweven met ontwikkelingen op het wereldtoneel. Hoewel de Bosnische oorlog ruim twintig jaar geleden eindigde, zijn die internationale invloeden nog altijd aanwezig. Bosnië en Herzegovina is nog steeds onderwerp van internationaal getouwtrek tussen partijen als de Europese Unie, Kroatië, Servië, Turkije en Rusland. Anno 2016 is de Europese Unie nog altijd met een legermacht aanwezig in Bosnië en Herzegovina om toe te zien op het vredesakkoord uit 1995.

En dat is nodig, zegt Van Houtum. Hij schetst een doemscenario: “Stel dat extreemrechts dit jaar aan de macht komt in Frankrijk. Dat zou het einde van de EU kunnen betekenen en daarmee het einde van de vredesmissie in deze regio. De Serviërs in Bosnië zouden dat moment kunnen aangrijpen om zich aan te sluiten bij Servië. Hoe loopt dat dan af? De geschiedenis zou zich kunnen herhalen.”

Het laat zien dat veiligheid en vrede op Europees grondgebied geen vanzelfsprekendheid is. “Het balletje kan ook de verkeerde kant op rollen. Hier in Srebrenica zien we wat daar de gevolgen van kunnen zijn. Dit kan zo maar weer gebeuren.”

Student Benthe Guezen hoopt dat het doemscenario niet zover komt en dat de bevolking van Bosnië toenadering zoekt tot elkaar. Ze is door het bezoek aan Srebrenica niet optimistischer geworden. Terwijl de bus de studenten over de besneeuwde bergen terugbrengt naar hun hotel in Sarajevo, vertelt ze over de nieuwe generatie Bosniërs, die in hun eigen wereld opgroeien: “De moslims, Kroaten en Serviërs hebben aparte scholen, omdat hun docenten geen gemeenschappelijke geschiedenisles kunnen overeenkomen. Als zelfs de kinderen worden gescheiden en ieder in een andere werkelijkheid leven, hoe kan Bosnië dan ooit weer één land vormen?” / Foto’s: Margriet Rozema en Mathijs Noij

[kader-xl]

Evstafiev-sarajevo-building-burnsDe Bosnische oorlog in het kort
In de jaren negentig viel Joegoslavië uit elkaar. Slovenië en Kroatië verklaarden zich in 1991 onafhankelijk, en de republiek Bosnië en Herzegovina besloot daarop een referendum te organiseren om de onafhankelijkheid voor te leggen aan de bevolking. De Bosnische Kroaten en Bosnische moslims stemden overwegend voor. De Bosnische Serviërs waren tegen: zij wilden bij ‘Belgrado’ blijven horen en boycotten het referendum.

 

Het referendum eindigde in een ‘ja’, waarop Bosnië en Herzegovina zich onafhankelijk verklaarde. Als tegenreactie riepen de Bosnische Serviërs hun eigen Republika Srpska uit, ofwel Servische Republiek, waar zij de meerderheid van de bevolking vormden. In het hele land braken snel gevechten uit tussen Bosnische Serviërs en Bosnische moslims. Sarajevo werd omsingeld door Serviërs: het beleg van Sarajevo begon. De Serviërs konden rekenen op steun uit Belgrado.

 

De Verenigde Naties breidden in juni 1992 hun vredesmissie in voormalig Joegoslavië uit en hadden vanaf dat moment ook manschappen in Bosnisch gebied. Door een beperkt mandaat was deze missie niet in staat de oorlog te stoppen. Door toenemende druk van de internationale gemeenschap sloten de strijdende partijen op 14 december 1995 een vredesakkoord. Het verdrag van Dayton verdeelde Bosnië en Herzegovina in twee entiteiten, met een voor de moslims en Kroaten en de ander voor de Serviërs. Dat vredesakkoord geldt tot op de dag van vandaag.

 

Meer dan 2 miljoen Bosniërs sloegen in de jaren negentig op de vlucht door de oorlogen in hun regio. Sommigen bleven binnen het voormalige Joegoslavië, anderen trokken richting West-Europa. Nederland ving ongeveer 25.000 Bosnische vluchtelingen op.

[/kader-xl]

 

Geef een reactie

Vox Magazine

Het onafhankelijke magazine van de Radboud Universiteit

lees de laatste Vox online!

Vox Update

Een directe, dagelijkse of wekelijkse update met onze artikelen in je mailbox!

Wekelijks
Nederlands
Verzonden!