The Making of Management (3): hoofd faculteitsbureau
Als iedereen op vakantie gaat, is het hoofd van het faculteitsbureau Tanja van Voorst actief met het indelen van de kamers voor de vierhonderd mensen die straks in het Gymnasion komen werken. ‘Heel spannend, al over een jaar zitten we daar en er moet nog zó veel gebeuren.’
Op haar computerscherm wordt de kamerindeling zichtbaar: wie komt waar te zitten, en hoeveel spullen zijn op die kamers nodig? ‘Tafels, stoelen, kasten, het moet allemaal uiterlijk in het najaar besteld worden’, zegt Tanja van Voorst. ‘Sommige medewerkers zal ik aan de jas moet trekken: die hebben twintig meter boekenkast op hun kamer. Die krijgen ze niet terug, dus ze moeten gaan nadenken wat er weg moet.’ Het maximaal aantal meters op de ruimste kamer in de nieuwbouw is zo’n vijftien meter boeken. ‘En wie nog een schilderij aan de muur wil, heeft nog minder meters.’
Vanaf ‘uur nul’ is Van Voorst betrokken bij de nieuwbouw. ‘Wel speciaal dat er vanuit het secretariaat iemand zo intensief kan meedenken. Dat is typisch voor deze faculteit: we doen het met z’n allen, het is niet de baas die bepaalt.’ Neemt niet weg dat tot op de dag van vandaag sommige mensen minder gelukkig zijn met de nieuwbouw. ‘De types van “Het is niet goed of het deugt niet” heb je altijd. Met vierhonderd mensen kun je natuurlijk nooit met alle wensen rekening houden.’
Inkijk in kamers
Dé klacht over het Gymnasion die opspeelt sinds de allereerste plannen is de transparantie van het gebouw. ‘Ik kan niet ontkennen dat het een enorme overgang is’, zegt Van Voorst: het doolhof van nu wordt een open gebouw met veel glas en inkijk in werkkamers. ‘Heb je iets te verbergen dan?!’, zo reageert Van Voorst op het gemor over de inkijk.
Van Voorst wijst erop dat de transparantie een doel dient: ‘Het is geen controlemiddel, maar wel een manier om te zien dat iemand aanwezig is: “Hé, handig, kan ik even overleggen.” Op de Thomas van Aquinostraat kun je met de deuren dicht niet zien wie er is.’ Helemaal doof voor de klachten zijn de plannenmakers overigens niet geweest: de binnenhuisarchitect zal op speelse manier kleurig folie aanbrengen op een aantal glaswanden, volgens Van Voorst ‘een mooie combinatie van openheid en privacy’.
De actie voor het behoud van de Thomas van Aquinostraat gaat aan Van Voorst voorbij. ‘Ik moet met bezoekers altijd meelopen als ze een kamer zoeken. Ik heb er zelf maanden over moeten doen om te beseffen via welke trappen je bij welke kamers komt. Het is een lastig, donker gebouw. Ik zal dit geen moment gaan missen.’